Helga van Leur columns.php De officiΓ«le weblog van Helga van Leur; gedachtespinsels over Weer, Klimaat, Duurzaamheid & Het leven van alledag! en-us Verdwenen weerklanken... columns.php?d=34 Oeps...
Er wordt aan gewerkt om ze terug te plaatsen.
Excuses voor de tussentijdse leegte... ]]>
Mon, 26 Dec 2022 14:43:25 +0100 columns.php?d=34
Dag & Nacht columns.php?d=33 2020: Oh, wat een Jaar...
Corona, lockdowns en... prachtig weer! Een uitgelezen kans om mijn passie te delen!

Samen met Govert Schilling schreef ik het boek Dag & Nacht - De hemel verklaard. Daarin staat van alles over wat je aan de hemel kunt zien β˜€οΈπŸŒ€β˜οΈβ›ˆπŸŒ¬βš‘️🌜✨🌈πŸŒͺπŸ’«πŸ›° 

Eind juni 2020 kwam ons boek uit en ik ben er best wel een beetje trots op. Het is een hele leuke manier om je passie op een toegankelijke manier te delen met het grote publiek. πŸ‘‰We hadden een vliegende start. Na ons optreden in Op1 en Vroege Vogels waren we al uitverkocht voordat de officiële boekpresentiatie kon plaatsvinden. 😳 Inmiddels zitten we al aan de zoveelste druk.

We krijgen nog bijna dagelijks lovende reacties. Inmiddels zijn er 15.000 expemplaren verkocht!
Elke dag is er wel een weerfoto op sociale media die te linken is aan wat er in ons boek uitgelegd wordt. Maar de credits liggen niet alleen bij Govert en mij als auteurs. We zijn superblij en dankbaar met alle weerfotografen die ons hebben bijgestaan! πŸ™ Mede door hen is het een tijdloos en visueel aantrekkelijk naslagwerk geworden, voor jong en oud! 
En het loopt als een tierelier. Misschien omdat in deze Corona-tijd veel mensen meer oog en (meer tijd?) hebben voor lezen en naar buiten kijken? Of het is gewoon een leuk boek. 😎 Wie zal het zeggen?! Oordeel zelf maar... Kijk gerust wat vaker omhoog!

Nieuwsgierig? Het is nog steeds verkrijgbaar in de boekhandels en/of online via: Libris of Bol.com

De online boekpresentatie (in de vorm van een mini-college vanwege de eerste Corona-lockdown) is πŸ‘‰hier terug te zien.




















Met dank aan Fontaine UItgevers 
]]>
Mon, 21 Mar 2022 10:21:23 +0100 columns.php?d=33
Wad schoon! columns.php?d=32 "Beslissingen nemen is als navigeren in de mist..."


"Navigeren in de mist." Een fameuze uitspraak van premier Mark Rutte over het Coronabeleid in 2020. Wat spookte die zin vaak door mijn hoofd afgelopen dagen. Ik mocht meevaren met duikers en bergers die zich bezig houden met het schoonmaken van de Waddenzee en Noordzee. Het weer is bepalend voor de werkomstandigheden op zee, als ook mede een belangrijke oorzaak waarom veel afval in zee belandt. Er zit onder water, maar ook boven water een hele verborgen wereld achter.

In het kader van CleanUpXL werken organisaties als de Waddenvereniging, Stichting De Noordzee, Duik de Noordzee schoon, BDS Harlingen, Friendship Offshore, de natuur en milieufederaties en de Nationale Postcodeloterij samen om materialen die er niet horen weg te halen en duurzaam te verwerken. In 3 jaar 800.000 kilo opruimen. Is dat veel? Geen idee. Maar de beelden over speelgoedauto's, donsjassen, waterkokers, pannen, vliesdekens en nog meer zooi van o.a. de MSC Zoë doet wel beseffen dat er onder water veel ligt wat er niet hoort. En wat verstorend werkt voor de natuur, maar ook ons mensen goed dwars kan zitten. Vooral rondom wrakken blijft veel liggen. Vissers blijven met netten achter de wrakstukken haken, waardoor ook deze materialen worden toegevoegd aan de puinhoop op de zeebodem. Veel blijft lang verborgen onder het zand. Stormen zorgen eens in de zoveel tijd weer voor het verplaatsen van zand en objecten op de zeebodem, zodat telkens nieuw materiaal bloot komt te liggen. Dat gaat nog decennia, zo niet eeuwen zo door!

Met Stokvis Content mag ik meewerken aan een documentaire over dit nobele werk. Daarvoor bivakkeer ik deze weken met grote regelmaat in het Waddengebied en de Noordzee en mag ik spreken met betrokkenen over hun passie, hun hoop en hun werkzaamheden. Het voelt heel bijzonder om ondergedompeld te mogen worden in de wereld van de bergers en duikers: een intiem kijkje van de bovenwaterwereld in de onderwaterwereld. Je ziet maar het puntje van de ijsberg: er zit overal een hele wereld achter verscholen met veel gelijkenissen in de uitspraak van Rutte. Ook duikers moeten hun werk doen in vaak 'mistige omstandigheden': troebel water zorgt dat je bijna op de tast het afval moet weg pulken vanuit de wrakstukken. Geen sinecure.

Maak je in de mist altijd de juiste beslissingen? Nee, natuurlijk niet. Maar alles in het leven gaat om learning-by-doing. Vooraf nadenken over scenario's, maar ter plekke ad hoc durven te beslissen en flexibel schakelen als de omstandigheden veranderen. Een optimum zoeken in plaats van een maximum eisen. Struikelen en weer opstaan. De beste steun die je dan kunt geven is begrip opbrengen voor elkaars wereld. Niet oordelen, maar nieuwsgierig zijn naar het wat, hoe en waarom. We weten meer niet dan wel. Als we dat nu beseffen en elkaars kennis en ervaring benutten om te kunnen navigeren in de mist...

"Alleen ga je sneller, samen kom je verder!"

]]>
Mon, 20 Sep 2021 10:55:39 +0200 columns.php?d=32
Omgaan met HITTE πŸ₯΅ columns.php?d=31

Eindelijk zomers...

Het heeft lang geduurd, maar nu komt de zomer toch echt op gang! β›± Niet iedereen kan daar even goed tegen. Vooral ouderen en mensen met hart- en vaatproblemen hebben moeite met warme dagen. Het hangt er ook sterk vanaf hoeveel vocht er in de lucht zit. Zo kan een 30 graden op vakantie ver weg heel anders aanvoelen dan 30 graden in ons eigen land! Er is wel een manier om te weten hoe mensen de warmte ervaren: door niet alleen te kijken naar de officiële temperaturen in de thermometerhut (gemeten in de schaduw!), maar door ook de gevoeltemperaturen te berekenen.

Hitte-Index

Bij hoge luchtvochtigheid kun je je warmte niet goed kwijt (door verdampen van zweet koelt je lichaam af). Daarom is er een hitte-Index, die aangeeft wanneer je extra moet oppassen. Het is de zomervariant van de wind-chill: de gevoelstemperaturen bij de combinatie van kou en wind.
Let op: deze gevoelstemperaturen zijn geen gemeten waarden, maar een benadering hoe een mens de combinatie van temperatuur op de thermometer en luchtvochtigheid kan ervaren. In de schaduw, uiteraard!
Meer uitleg ##more## over de hitte-index vind je op deze site.
De actuele gevoelstemperatuur vind je hier.


Beat the Heat

Heb jij snel last van de warmte? Dan zijn hier de belangrijkste tips wat te doen bij (aanhoudende) hitte:
  • Extra water drinken (2-3 liter per dag, ook al heb je geen dorst!). Tip: Neem flesje water mee naar je werk of naar school. Vermijd alcohol of cafeïne houdende dranken.
  • Bescherm je tegen de zon (schaduw, zonneklep/zonnehoed, zonnebril, lichte ademende kleding. Tip: bedenk hoe inwoners van warme landen zich kleden. Meestal wijde, lichte kleding (die ook armen en benen bedekt buiten). Licht van gewicht en kleur!
  • Zorg voor ventilatie (warmte wordt dan afgevoerd). Tip: gebruik een waaiertje, papiertje, ventilator.
  • Inspanning vermijden. Vooral tussen 12 en 17 uur geen zware inspanning. Tip: ’s ochtends voor het werk lekker sporten of in een sportzaal met koeling. Rustig in beweging blijven is beter dan hardlopen.
  • Houd af en toe je polsen even onder de koele kraan. Een koele natte handdoek in je nek helpt ook.
  • In huis, op kantoor en op school: hou ramen en deuren dicht, zolang het buiten warmer is dan binnen. ’s Ochtends heel vroeg alles even luchten en daarna de boel dicht. Tip: het liefst de zon weren aan de buitenzijde van je huis. Als dat niet kan, dan helpen gordijnen of lamellen aan de binnenzijde ook iets.
  • NB Warmte stijgt omhoog, dus daar moet je het afvoeren (en dus geen ventilator aan plafond die alle warmte weer terug blaast πŸ˜‡)  Tip: als je op zolder slaapt, logeer dan een paar dagen op lagere etages.
  • Eet licht en regelmatig. Honger en dorst worden vaak door elkaar gehaald! Pas op met bederfelijk voedsel: ook (ziekmakende) bacteriën groeien beter met hoge temperaturen.
  • Denk aan huisdieren en kwetsbare buren die juist nu wat extra aandacht kunnen gebruiken. 
  • Laat niets en niemand in de auto achter bij het parkeren. In een auto kan het gerust 30 graden warmer worden in korte tijd! Plastic smelt en kinderen en huisdieren zijn daar niet op gebouwd. Tip: Neem handdoek mee om niet  op hete autostoel te hoeven zitten.      

Herken de klachten van oververhitting!


Signalen dat de warmte wellicht teveel wordt: vermoeidheid, concentratieproblemen, duizeligheid en hoofdpijn. Daarnaast kunnen huidproblemen optreden zoals jeuk en uitslag met blaasjes. In ernstige situaties kan door uitdroging kramp, misselijkheid, uitputting, flauwte en bewusteloosheid optreden. Symptomen van een zonnesteek vind je hier. Als dan niet adequaat gehandeld wordt is er gevaar voor een hitteberoerte.
 
Als iemand te warm aanvoelt (hoge koorts), verward of gedesoriënteerd lijkt, moeilijk ademt of misselijk wordt, waaarschuw dan direct een arts. Maar probeer vooral te voorkomen dat het zover komt.

RELAX...

Ik hoop dat de meesten gewoon kunnen genieten van zinderend zomerweer.
We boeken immers zomervakanties naar de meest warme oorden. Nu kost je dat niets en heb je het in je achtertuin (of balkon)! Wil je weten hoe lang het duurt? Bekijk dan de pluim.

Ultieme tip: Doe zoals inwoners van hete landen. Zij weten wat te doen met deze weersomstandigheden. Een Siësta is niet altijd mogelijk. Rustig aan doen wel. Je hebt nu de tools in handen. Geniet. Relax!
 


Bronnen:  
https://www.rodekruis.nl/hulp-in-nederland/noodhulp-in-nederland/hulp-bij-rampen/voorbereiding/documents/rode%20kruis-checklist-hitte.pdf
https://www.rodekruis.nl/hulp-in-nederland/noodhulp-in-nederland/hulp-bij-rampen/voorbereiding/hitte

 
]]>
Wed, 16 Jun 2021 11:31:42 +0200 columns.php?d=31
Tips voor winterkou ❄️ β˜ƒοΈ πŸ₯Ά columns.php?d=30 Wat te doen als het ‘berekoud’ wordt?Zo vaak is het niet echt koud in Nederland. Misschien dat we daarom ook minder uitdrukkingen kennen om de kou te duiden dan de varianten bij hitte. Ik vermoed dat Eskimo's een rijkere winterwoordenschat hebben!
'Waterkoud' kennen we wel: bij vochtig en koud weer voelt het intens koud aan. Maar bij droog en koud weer? 'Knisperend koud?' En wat stel jij je voor bij 'berekoud'?

Ik zie dan meteen een dikke berenvacht voor mij die je nodig hebt om warm te blijven. Voor de echt koude perioden. Die maak je in Nederland overigens niet heel vaak mee.
Een mooie maat voor bijzondere vorstperioden zijn de koudegolven.
Het KNMI noemt een periode een officiële koudegolf als:
βœ”οΈ minstens 5 aaneengesloten ijsdagen (maximumtemperatuur lager dan 0,0℃) in De Bilt.
βœ”οΈ én daarbinnen minstens 3 dagen strenge vorst (minimumtemperatuur lager dan -10,0℃).

πŸ‘‰ Wist-je-dat: koudegolven vaker zijn voorgekomen dan hittegolven? Ja, echt!
Sinds 1901 zijn er 33 koudegolven geweest (tegenover 29 hittegolven!). Maar… er waren slechts 3 koudegolven in de laatste 30 jaar: in 1991, 1996 en 2012 (tegenover 17 hittegolven in de laatste 30 jaar!). Dat heeft natuurlijk te maken met het opwarmen van onze aarde. Dus de nostalgische verhalen van 'vroeger had je nog echte winters' bevat een kern van waarheid! 
(hieronder mooi overzicht met dank aan Datagraver
##more##
 
Maar tegenwoordig kunnen we ook nog af en toe heus winterweer beleven, al wordt het minder frequent. Sneeuw en vorst geeft altijd wel mooie fotogenieke plaatjes. Zodra een winterse periode wordt aangekondigd, denk je in eerste instantie aan spelende kinderen in de verse, krakende sneeuw. Veel zullen ook mooie jeugdherinneringen hebben met sneeuwpoppen bouwen en schaatsen op de sloot om de hoek met Koek & Zopie.

Maar het is uiteraard niet alleen maar winterse pret. Er zijn ook winterse ongemakken.
πŸ‘‰ Wist-je-dat: 1 op de 5 mensen (3,5 miljoen Nederlanders!) minder mobiel zijn?En dat zijn niet alle
en onze ouderen. Samen helpen we elkaar de winterkou door! Om zoveel mogelijk ongemakken te voorkomen, kun je je voorbereiden en aanpassen.

Puinguïn-loopje en 9 andere top-tips

Deze top-tips om een (voor Nederland best zeldzame) berekoude periode comfortabel door te komen! 
  1. Tijdig en voldoende boodschappen in huis halen
  2. Vragen of je voor kwetsbare buren boodschappen kunt meenemen. Juist die gaan niet graag naar buiten met gladheid.
  3. Bij sneeuw een deel van het voetpad begaanbaar maken voor voetgangers die minder goed ter been zijn.
  4. “Slecht weer bestaat niet, slechte kleding wel.” Bij wind voelt het kouder aan en is de kans op onderkoeling en bevriezing van uitstekende delen groter. Bedek handen, neus én oren.
  5. Als je op pad gaat: zorg voor een goed opgeladen telefoon en neem een powerbank mee. Bij kou lopen batterijen sneller leeg. Draag de telefoon dicht op je huid.
  6. Kleed je in meerdere laagjes. Dat houdt je beter warm en dan hoef je bij binnenkomst in een verwarmde ruimte niet alles uit te doen.
  7. Waterdichte kleding houdt je beter warm: waterdichte handschoenen, waterdichte schoenen met een goed profiel en een regenbroek over je gewone broek.
  8. Is het glad? Loop als een pinguïn: houdt zwaartepunt op voorste been waardoor je beetje voorovergebogen loopt, voeten iets naar buiten en neem vooral kleine stapjes.
  9. Blijf in beweging. Bij stilstaan krijg je het sneller koud.
  10. Hou het weerbericht in de gaten. Het is geen garantie, maar voorkomt wel de meeste verrassingen 😎.
Samen met het Rode Kruis maakte ik een korte video met de meest makkelijke tips. Herken ook de verschijnselen van onderkoeling. Bij jezelf en bij anderen!

"Een slimme man/meid is op haar toekomst voorbereid!"

Maar er zijn natuurlijk nog veel meer dingen waar je aan kunt denken. Daarom ook een completer lijstje van do’s & don’ts. πŸ‘‰ Heb jij nog meer leuke, opvallende en vooral nuttige tips? Mail mij ze of geef het door via de socials.
 
Winterkou buitenshuis houden?
  • Sluit ramen en ventilatie-openingen. Dicht kieren af met ‘schilderstape’ of sjaals.
  • Hou gordijnen gesloten en let op dat ze niet voor de verwarming hangen.
  • Hang gordijnen voor trapgat (daarmee lekt niet teveel warmte naar boven)
  • Bij het dicht houden van deuren naar kamers voorkom je een koude trek (tocht).
  • Draai buitenkranen dicht voor het gaat vriezen
  • Denk aan de vorstgevoelige planten (zeker als het langer en harder vriest)
  • Met een lekkere trui of een heerlijk fleecedekentje op de bank hoef je de verwarming niet te hoog te zetten. Dat scheelt weer geld (en het opwarmen van de aarde).
Kleding:
  • Kleed je in meerdere laagjes. Dat houdt je beter warm en dan hoef je bij overgang naar een verwarmde ruimte niet alles uit te doen.
  • Thermokleding dicht op de huid is een goede isolator.
  • Waterdichte kleding houd je beter warm. Waterdichte handschoenen, waterdichte schoenen met een goed profiel en een regenbroek over je gewone broek. Dan maar even wat minder modieus!
  • Onderschat de kou niet! Als je afkoelt, neemt de controle over je lichaam af en is de kans op vallen groter. Je kunt het beter iets te warm hebben en een laagje uitdoen, dan het te koud hebben. Meer over de gevoelstemperatuur of de windchill vind je hier.
  • Voorkom zweten: met natte kleding koel je sneller af.
  • Zoek zoveel mogelijk de zonnige kant op (als die er is)
  • Als het ook nog waait zijn er extra uitdagingen! Bij wind voelt het kouder aan en is de kans op onderkoeling en bevriezing van uitstekende delen groter. Bedek handen, neus én oren. NB De gevoelstemperatuur is geenwerkelijk gemeten temperatuur, maar een berekening voor hoe het voelt door warmteverlies van de huid onder invloed van wind, kou en nattigheid. Hiervoor kan het veel kouder aanvoelen dan de werkelijke gemeten temperatuur.
  • Onderkoeling en bevriezing van vingertopjes en tenen zijn de meest voorkomende klachten bij ernstige kou.
  • Zorg dat je telefoon goed is opgeladen en neem een extra accu (powerbank) mee. Bij kou lopen batterijen sneller leeg. Draag je telefoon dicht op je huid.
 

Onderweg:
  • Met auto: neem deken, waxinelicht en lucifers mee. Bij onverwachte pech of opstoppingen blijf je toch beetje warm. Wat reservevoedsel mee (bijvoorbeeld noten) en een flesje water kan geen kwaad.
  • Bij weinig verkeer werkt het stooizout minder goed. Pas je rijstijl aan aan de omstandigheden.
  • Dek je autoruit af met droog karton of plastic tijdens het parkeren. Dat scheelt krabben als je weg moet.
  • Vul je ruitenvloeistof tijdig bij met anti-vries.
  • Op fiets: fietsbanden die zacht zijn opgepompt, geven meer grip.
  • Te voet: Is het glad? Loop als een pinguïn: houdt zwaartepunt op voorste been (waardoor je beetje voorovergebogen loopt), voeten iets naar buiten draaien en neem vooral kleine stapjes.
  • Heb je geen anti-slipzolen? Grove elastiekjes om je schoenen helpen ook!
  • Blijf buiten (en binnen) in beweging. Bij stilstaan krijg je het sneller koud. Wandelen is gezond!
 
Eten en drinken:
  • Het is handig tijdig boodschappen in huis te halen. Koop vooral houdbare producten, zodat je een paar dagen vooruit kunt.
  • Vraag of je voor kwetsbare of oudere buren boodschappen kunt meenemen. Juist die gaan niet graag naar buiten met gladheid (er zijn dik 3 miljoen 65-plussers in ons land, die nu eenmaal gevoeliger zijn voor botbreuken!)
  • Eet regelmatig en voldoende als je veel buiten moet zijn. Eskimo’s hebben niet voor niets een calorierijk dieet. Nou duurt de vrieskou nooit zo lang en hebben we centrale verwarming. Een tekort aan energie zorgt ervoor dat je het sneller koud hebt. Mocht je het koud krijgen, denk dan even of je op tijd gegeten hebt.
  • Drink voldoende warme dranken, zoals thee. Hoe verleidelijk een alcoholische versnapering ook kan zijn, die kan je echt beter laten staan. Alcohol verwijdt de bloedvaten. Hierdoor verlies je sneller warmte en krijg je het dus kouder.
Vergeet vooral ook niet om volop te genieten! In Nederland worden echte winters steeds zeldzamer.  

“Slecht weer bestaat niet, slechte kleding wel.”



πŸ‘‰ Wist-je-dat: het bij 0 graden én windkracht 6 het aanvoelt als -8 graden?
Het is geen echte gemeten waarde, maar een berekende temperatuur die de luchtvochtigheid en de windsnelheid meeweegt. Het geeft je een indicatie voor het warmteverlies. (van een gezond, volwassen en wandelend persoon van gemiddelde lengte). Het weten van de gevoelstemperatuur (en daarnaar handelen) helpt het voorkomen van bevriezing en onderkoeling. Er zijn verschillende rekenmethodes waar je voor zou kunnen kiezen.
Hieronder een tabel die het KNMI gebruikt voor windchill / gevoelttemperatuur -> voor uitleg klik hier



Bronnen: o.a. KNMI, PBL, Datagraver, Depositphotos, giphy, Rode Kruis.
 
 
 
 
]]>
Sat, 06 Feb 2021 12:04:16 +0100 columns.php?d=30
Een nieuw begin... columns.php?d=29 Het is zover. Vrijdag 30 juni was mijn laatste weerbericht voor RTL. Na ruim 20 jaar vind ik het tijd om verder te kijken. Met veel dierbare herinneringen en waardevolle ervaringen in mijn rugzak trek ik er op uit. De wijde wereld in...Afscheid nemen is niet mijn ding. Ben niet goed in loslaten, vooral niet als je zo'n fijn hebt samengewerkt. Mijn Chinese sterrenbeeld is een hond. Misschien zegt dat wat over mij...

Ik wilde wel op een bijzondere manier afsluiten. Dat verdienden de kijkers. De avond van te voren kreeg ik onder de douche een heldere ingeving. Ik moest niet stilstaan bij de afgelopen 20 jaar, maar vooral vooruit kijken. Naar aanleiding daarvan heb ik een opzet gemaakt van wat ik die avond zou willen zeggen: 
##more##


"Nu moment waarvan je wist dat die zou komen… Ben zeer vereerd dat ik 20 jaar met veel plezier bij u in huiskamer mogen komen om bij te praten over het weer…  
Als afsluiter een weerbericht voor de komende 20 jaar:
     * Temperatuur 2037: gemiddeld in NL +0,5 graden erbij. Dat gaat sneller dan de wereldwijde opwarming!
     - vaker warmte records met gevolgen voor gezondheid en voedselvoorziening
     - soms ook koud: elfstedentocht komt er! 
     * Zon: moet vaker gaan schijnen.
     - samen hard werken aan minder luchtverontreiniging, terugbrengen CO2 uitstoot.
     - goed voor gezondheid, maar ook voor bijv. Zonne-energie.
     - moeten optimaal gebruik maken van weerselementen voor opwekken hernieuwbare energie.
     * Regen: wordt natter. 5% meer regen per jaar in 2037.
     - periodes van droogte blijven met gevolgen voor beschikbaarheid van voedsel in supermarkt,
     - vaker extreme buien met wateroverlast en gevolgen voor onze infrastructuur en veiligheid.
 
Zit in ons DNA om ons aan te passen aan veranderende omstandigheden. Ook hier vinden we wel weer oplossing voor. Veel werk te doen komende 20 jaar om wat wij mensen nodig hebben in balans te brengen met wat de aarde ons allemaal te bieden heeft. Als ambassadeur klimaat en duurzaamheid hoop ik u de komende 20 jaar nog vaak te kunnen bij praten.

Het was mij een waar genoegen. 
Lieve mensen, Tot weerziens!"

(0verigens de bron van deze data komt van de kerncijfers klimaatscenario's van het KNMI)
 


Er zijn rondom mijn vertrek heel wat artikelen verschenen. Hier een overzichtje.
Vooraf: 
- Dag Helga, we gaan je missen - column van Angela de Jong AD.nl
- Iedereen houodt van Helga - NRC 
- Laatste werkdag voor weerkoningin Helga van Leur - RTL Boulevard
- Weervrouw Helga van Leur neemt afscheid: Ik wilde helemaal niet op TV - RTL nieuws

Achteraf:
- Helga van Leur houdt het bij afscheid nog maar nét droog - RTL Boulevard
- Helga houdt het niet droog bij afscheid  - show.nl
- Helga van Leur neemt na 20 jaar afscheid  -  De Limburger
- Weervouw Helga trekt zakdoekje uit jurkje bij afscheid - AD.nl
- Weervrouw Helga van Leur vereeuwigd op Walk Of Fame RTL - nu.nl
- Ruim 1,2 miljoen kijkers zien afscheid Helga van Leur - nu.nl

Ik ben overweldigd door de vele lieve reacties, steunbetuigingen, kadootjes en knuffels. Hartverwarmend! Het is ondoenlijk iedereen persoonlijk te bedanken, maar ik lees alles! Via deze weg: ontzettend bedankt! πŸ™


Via mijn facebookpagina en twitter hou ik je dagelijks op de hoogte houden van alles wat mij verwondert.
De website krijgt dit najaar een make-over. Mocht je daar nog leuke ideeën voor hebben, dan hoor ik het graag! Via de site post ik graag regelmatig blogs, columns en weetjes. Ik krijg er als het goed is meer tijd voor ;-)

πŸ‘‰ Blijf mij gerust volgen en voeden met informatie en tips!!!

]]>
Sun, 02 Jul 2017 17:18:05 +0200 columns.php?d=29
β€œSoms moet je ruimte maken…” columns.php?d=28 De dag waarvan je wist dat die zou komen… deel IIOm maar met de deur in huis te vallen: Ik stop ermee! Ik stop met het presenteren van de dagelijkse weerberichten op RTL en bij Buienradar. Na 20 jaar vind ik het tijd om meer ruimte te maken om mijn andere activiteiten op het gebied van weerextremen, klimaat, duurzaamheid en gedrag verder uit te bouwen.
 
Mijn passie ligt bij de atmosfeer en de impact op ons mensen. Al jaren communiceer ik niet alleen over het weer, maar tijdens lezingen vooral ook over klimaat, duurzaamheid en gedrag. Daar haal ik veel energie uit en leer elke dag bij. Elk congres, elke cursus, maar ook elke reis naar gebieden waar de weerextremen en de klimaatimpact zichtbaar zijn, geeft weer nieuwe voeding om mijn kennis van de diverse vakgebieden aan elkaar te koppelen.
Ik voorspel dat de komende 20 jaar dit ook belangrijke onderwerpen zijn voor onze economie, voor bedrijven, voor de overheid, voor de consument, voor onderwijs, voor internationale betrekkingen, voor onze energievoorziening, voor ons voedsel, voor onze gezondheid, voor onze veiligheid en voor ons persoonlijk comfort. Ik zou zeggen: uitdagingen genoeg!
 
 “Partir c'est mourir un peu”.  

Afscheid nemen is een beetje sterven, zeggen de Fransen. 
 Het is geen gemakkelijke beslissing geweest. Daar kan ik heel eerlijk over zijn. Oud-weerman John Bernard zei ooit: “Na zoveel jaar wordt je onderdeel van het meubilair bij de mensen thuis.” Misschien geldt dat ook wel andersom. Met passie communiceren met de mensen thuis is onderdeel van wie ik ben (geworden).
 
20 jaar geleden ben ik gestart bij RTL onder de vleugels van Peter Timofeeff. Ik heb intussen veel mee mogen maken, minstens 7000 weerberichten gedaan op TV en nog tig op radio en internet. Er zijn zat bloopers verzameld, heb veel mensen en ook decors zien komen en gaan. In april vierde ik mijn 20-jarig jubileum op TV. Met mijn werk voor die tijd erbij, ben ik al-met-al toch alweer 24 jaar weervrouw!
 
"Om verder te groeien, moet je soms ruimte maken."

##more##

Dat jubileum is ook een moment om even stil te staan: “Wat nu de komende 20 jaar? Waar word ik echt blij van?”
De communicatie in weerverschijnselen, maar ook inzichten in klimaat, duurzaamheid en gedrag geven mij veel energie! Ik kan mijn ei nu al kwijt in vele lezingen en congressen, waar ik de diepte in kan. Niets is leuker dan zelf kennis op te doen en daarmee mensen te inspireren; dat ze begrijpen wat er gebeurt op aarde en in hun brein. Dat ze getriggerd raken zelf iets te ondernemen. Niet omdat het moet, maar vooral omdat het kan!
In die communicatie wil ik meer tijd gaan investeren. Daarmee komt helaas een einde aan presenteren van dagelijkse weerberichten op TV (met pijn in mijn hart!). Maar voor een goed doel: om ruimte te maken, om verder te groeien… Ik ben vooral dankbaar voor een prachttijd bij RTL de afgelopen 20 jaar! Vrijdag 30 juni zwaai ik af.

Is dit een definitief afscheid? Dat weet ik eigenlijk niet. Ik heb geen idee wat er de komende 20 jaar op mijn pad gaat komen. Maar… ik voorspel dat wij elkaar vast nog wel eens tegen komen. Eigenlijk is het geen echt afscheid: ik blijf actief op de sociale media (Twitter - @helgavanleur, Facebook - helgavanleur.nl, Linkedin - helgavanleur) en in het najaar komt er een nieuwe website. Ook met blogs, columns, foto’s en video’s blijf ik met passie communiceren over onze prachtige planeet met haar dynamische atmosfeer en haar intrigerende bewoners.
 
Ik hoop de komende 20 jaar nog veel inspirerende dingen te kunnen doen!

Ik zeg: Tot weerziens! wink
 
]]>
Wed, 24 May 2017 18:57:23 +0200 columns.php?d=28
20 jaar RTL! columns.php?d=27 De dag waarvan je wist dat die zou komen… deel Iapril 2017

Gaat de tijd echt zo snel?! In april 1997 maakte ik mijn debuut als weervrouw op de Nederlandse televisie en nu zijn we alweer 20 jaar verder! Man, man, wat vliegt de tijd! En wat is er veel gebeurt in die 20 jaar! Ik zou er een boek over kunnen schrijven ;-)

Ik weet nog goed dat één van mijn collega’s bij het toenmalige Meteo Consult begin 1997 naar mij toe kwam en vertelde dat ze bij RTL5 naast Peter Timofeeff een weerman/vrouw zochten. Of ik een screentest wilde doen. Ik?!
Ik heb ze hartelijk uitgelachen en ben weer verder gegaan met mijn werk. Maar de vraag vanuit RTL met Joke Wartenberg aan het hoofd van de zender bleek serieus te zijn. Oeps. 

Hartverwarmend
Ik vermoed dat ik ergens in februari een screentest gedaan heb. Even daarna kreeg ik te horen dat ze het wel zagen zitten. Peter Timofeeff ontving mij met open armen en een dikke knuffel: “Welkom meid! Je gaat een hoop leuke dingen meemaken en als je iets nodig hebt, ben ik er voor je.” Die warmte en openheid kenmerkt de vele collega’s met wie ik heb mogen samenwerken bij RTL.

Mijn eerste persfoto werd even snel gemaakt door uitgenodigde persfotografen (later krijg je daar een aparte fotosessie voor). Ik weet nog dat ik mijn brillenglazen speciaal moest laten ontspiegelen, want er hangen veel felle lampen in de studio. Na een korte periode van inwerken ging ik in begin april 1997 los op RTL5. Toen heette het programma RTL5 Weer en Verkeer en was semi-live: het werd 10 minuten voor uitzending opgenomen, omdat daarna de studio bezet was voor het live RTL nieuws van half acht.
 
Het decor was een groot bureau met een boekenkast erachter op een podium. Na een korte intro hadden we een kort loopje van een paar meter naar het groene gordijn (chromakey) links daarvan. Daarbij waren er 3 uitdagingen: de timing van het loopje, het afstapje van het podium en het snoertje van de bureaulamp. De lamp is meermalen gesneuveld en we zijn wel een struikelend het beeld ‘ingevallen’.
##more##



 
Na een paar maanden werd van hogerhand besloten dat ik naast de RTL5 uitzendingen ook mocht meedraaien in de poule om John Bernard op RTL4 af te wisselen, samen met Margot Ribberink en Reinier van den Berg. Op beide zenders werkten we op verschillende manieren.
 
RTL5 versus RTL4
Bij RTL5 werkten we met een weerpresentatiesysteem op de computer, waar we zelf alle kaarten op voorbereiden. Daardoor had je alle controle zelf en klikte je in de uitzending ook zelf door. Bij RTL4 ging het nog ‘ouderwets’: daar tekende en kleurde je de weerkaarten met de hand op papier en dan werkten de grafische afdeling dat uit voor uitzending. De regie klikte dan de kaartjes door op moment dat zij dachten dat het moment daar was. Je begrijpt: beide systemen hebben zo hun uitdagingen. Bij RTL4 uitzendingen hoopte je dat de regie goed oplette en tijdig je kaarten doorklikten. Bij RTL5 moest je veel geduld hebben voordat de weercomputer alle animaties had verwerkt (gerenderd). Een klein foutje en je kon weer een uur wachten. Vervolgens maar hopen dat in de uitzending alles blijft werken zoals bedacht! Ook al was het semi-live, veel tijd om overnieuw te beginnen was er niet. Dezelfde studio werd daarna namelijk meteen gebruikt voor de live RTL-nieuws uitzending.

Wat hebben we gelachen in die jaren. Je werkt met een hele ploeg: redactie, visagie, styling, grafici, video-editors, regie (o.a. geluid, beeld, eindregie), cameraman, floormanager. Dat maakt het zo leuk en afwisselend. Met elkaar ben je verantwoordelijk voor een mooie uitzending. Had je leuke ideeën? Niets was te gek en we gingen er gewoon voor. Het gaf een kick om iets speciaals neer te zetten!
 
In de beginperiode werd alles nog getapet op banden. Die liepen wel eens vast, waren even onvindbaar of niet bruikbaar vanwege een omgevallen koffiemok. Dan moest je improviseren qua tijdsduur en inhoud. Maar “The show must go on…”  Zelfs als tijdens de uitzending blijkt dat je microfoon het niet doet, zijn de spontane acties van de collega’s onvergetelijk.
 
Nieuws
De weerberichten voor beide zenders werden in 2 aparte kamers naast elkaar voorbereid met een computerruimte er tussenin. Ik kan mij minstens twee voorvallen herinneren die ik niet snel vergeet. De eerste was een harde vloek van John Bernard die tekeer ging tegen iemand in de weerkamer van RTL4. Ik kon het in de kamer ernaast voelen. Toen ik om het hoekje spiekte, bleek er onaangekondigd een cameraploeg in zijn werkkamer te staan om verhaal te halen over het weerbericht aan het strand. Laat ik het zo zeggen; John was niet zo van dat soort verrassingen! Ik vreesde dat ze ook nog een kamertje verder langskwamen, dus heb mij verstopt in de computerruimte tot ze weg waren ;-)
 
De tweede keer die diepe indruk maakte was toen Margot Ribberink de RTL5 weerkamer binnenstormde. Aan de energie voel je dat er iets loos is. “Heb je de TV aan?” Eh, ja… die staat bij een TV station altijd wel aan, maar ik kijk er niet voortdurend naar. Een blik op de TV was genoeg: het was 11 september 2001 en een vliegtuig vloog in de Twin Towers in New York. Op dat moment weet niemand wat er nu aan de hand is. Er heerste een soort chaos op de nieuwsredactie. Als een fluitketel op volle toeren giert de adrenaline bij iedereen door het dak. Je weet dat het weer dan niet zo relevant meer is, dus probeer je bij te springen en de nieuwsredactie te ondersteunen. De uitzendlijnen zijn voortdurend bezet, dus ik weet dat ik de late weeruitzending om 12 uur ’s nachts maar live heb gedaan. Een lange, intense en zeer enerverende dag, maar eentje waarop geschiedenis wordt geschreven.
 
Als het weer zelf het grote nieuws is (storm, zware onweersbuien, sneeuwval, fileleed door regen, mogelijk schaatsweer) dan draai je 300%. Vooraf heb je het druk om alles op een rij te krijgen en te gieten in een vorm die behapbaar is voor de kijkers. Op het moment zelf moet je er bovenop zitten (met beperkte informatie) en achteraf komen de beelden en help je te duiden wat er is gebeurt. Dat soort dagen moet je niet te vaak hebben, maar het is natuurlijk wel de kern en de kick van het vak! 
 
Decors
In die 20 jaar heb ik verschillende decors voorbij zien komen. Voor het weer begonnen we met een chromakey. Dat is een groen of blauw doek waar de regie dan in beeld jou voor de weerkaarten zet. Je afkijk is een tv-monitor aan de zijkant net buiten beeld. Vanwege onze haarkleur had John altijd het groene doek en ik vooral het blauwe doek. Voor Peter maakte het niet veel uit. Maar omdat er veel wordt weg gefilterd, gebeurde het nog wel eens dat ineens happen haar verdwenen waren op beeld. Of dat de kleur van de kleding te dicht bij de chromakleur zat en je ineens wat doorzichtiger werd. Dat viel in het niet met knoopjes die pal voor uitzending van je kleding sprongen, de vlek die je ineens ziet op je kleren, de lange ceintuur die ongezien aan de achterkant tussen je benen bungelt op beeld…
 
Daarna kregen we een echt scherm waar we konden zien wat je aanwees. Eerst klein, later levensgroot. Dat laatste gaf met aanwijzen de nodige uitdaging, omdat ik als presentator de weersymbolen levensgroot zie en enorm moet uitstrekken om iets aan de bovenkant of onderkant van de kaart aan te wijzen. Door alsnog een afkijk aan de zijkant te plaatsen werd het allemaal weer wat natuurlijker. Tijdens verbouwingen van de studio hebben we ook wel eens vanuit de weerkamer gepresenteerd naast een TV-monitor. De uitdaging daarbij was dat je vlak voor uitzending alles zelf moest aansluiten en de monitor naar het midden van de weerkamer brengen. Als dan iets nog net niet bleek te werken, kroop je op handen en voeten onder de monitor en je bureau. Ik heb vaak mijn hoofd gestoten in die tijd! Om nog maar niet te spreken van zeer verwilderd een seconde voor uitzending nét op je plek te zitten…
 
Met de laatste verbouwing van de studio hebben we weer een groen scherm. Geen gordijn dat ingeschoven wordt, maar een enorme groene wand. Eigenlijk 2 gigantische i-pads en een ‘augmented’ frame waar van alles in 3D geprojecteerd kan worden. Het heeft even tijd gekost voor je dan de afkijkschermen op een -voor de kijker- onzichtbare plaats hebt staan en de camera’s leesbare verhoudingen van het weerscherm te pakken hadden. Vanuit studio-perspectief kun je het retro noemen. Voor de kijker thuis kan zo het nieuws en weer nog intenser worden gebacht.
 
Lief en leed
Het is eigenlijk een soort huwelijk: je deelt lief en leed. We hebben met elkaar gehuild: om collega’s die (ernstig) ziek werden, overleden of die het persoonlijk zwaar hadden. In 20 jaar vertrekken (en komen) er heel wat collega’s. Afscheid nemen valt altijd zwaar. We hebben vooral ook met elkaar gelachen en genoten van de humor, de vele bloopers, de feestelijke momenten in het leven en fantastische uitzendingen. Naar schatting zal ik er 7000 gemaakt hebben!
 
Dankbaar
Terugdenkend aan die 20 jaar overheerst vooral dankbaarheid.
- Dankbaar aan iedereen die het vertrouwen heeft gehad dat dit het juiste pad was voor mij.
- Dankbaar aan het gezin, familie en vrienden die mij de ruimte gunden dat ik dit werk mocht doen.
- Dankbaar voor de trouwe kijkers die mij door dik en dun hebben gesteund. Dankzij hun feedback kon ik groeien en worden wie ik nu ben. En ik ben nog lang niet uitgeleerd!
- Dankbaar voor de support van al mijn lieve RTL-collega's: op alle afdelingen, door het hele bedrijf heen.
- Dankbaar dat ik mede door dit werk heel veel mooie mensen heb mogen ontmoeten tijdens mijn dagvoorzitterschappen en talrijke lezingen over weer, klimaat, duurzaamheid en gedrag. Ik ontdek steeds nieuwe dingen en vind het heerlijk mij te verdiepen in de psychologie rondom klimaat(communicatie). Samen maken we de wereld steeds mooier!

Bovenal ben ik dankbaar dat ik met iedereen (dus ook met jou!) dit 20-jarig jubileum mag aantikken!
Op naar de volgende mijlpaal... ;-)
 
]]>
Fri, 14 Apr 2017 14:55:55 +0200 columns.php?d=27
Aanpassen zit in ons DNA columns.php?d=26 Samen naar een klimaatbestendig Nederland...
Bijna dagelijks komen er berichten in het nieuws over extreme weersituaties ergens ter wereld. Hoe zit dat bij ons in Nederland? Hoe kunnen wij (samen) werken aan een klimaatbestendig Nederland.
 

Effecten weerextremen

Bijna dagelijks komen er berichten in het nieuws over extreme weersituaties ergens ter wereld. Een smeltende Noordpool, sneeuwstormen in de VS, grote droogte in Afrika, overstromingen in Azië en El Nino in Zuid-Amerika.

Dat lijkt ver van ons bed, maar de aarde is een gesloten systeem waarbij wij linksom of rechtsom ook de effecten merken van weerextremen ver van huis. Ons hele ecosysteem en daarmee onze gezondheid, veiligheid en economie zijn sterk verweven met klimaatveranderingen op deze aarde.

  Ons hele ecosysteem is sterk
  verweven met  
  klimaatveranderingen.

De strijd tegen het water zit in ons DNA. Nederland bestaat voor een groot deel uit de gratie van pompen en molens. Veranderingen die langzaam gaan en met impact op een klein gebied zijn makkelijker te tackelen dan snelle veranderingen over een groot gebied met een grote kwetsbaarheid.

De huidige gemeten veranderingen in het klimaat gaan op geologische tijdschaal ongekend snel. Ons ecosysteem heeft geen tijd zich aan te passen: de biodiversiteit verandert, soorten verdwijnen, onze voedselvoorziening staat onder druk en mensen kunnen niet zomaar overal wonen.

Aanpassen is van belang

De druk op de bewoonbaarheid op deze planeet wordt voor een groot deel bepaald door een groei van de wereldbevolking, groei van behoefte aan energie, water, voedsel, grondstoffen en verandering van het klimaat. De combinatie stelt ons voor grote uitdagingen.

“Het is niet de sterkste soort die overleeft, noch de meest intelligente. Het is degene die zich het beste kan aanpassen.” aldus Charles Darwin. De kern ligt bij het verminderen van je kwetsbaarheid. Dat kan op diverse vlakken: zowel fysiek als sociaal.

Wat veel Nederlanders zich wel kunnen voorstellen is dat het behouden van droge voeten een belangrijk speerpunt is. Water komt vanaf de zee, via de rivieren en van boven.

Tegelijkertijd daalt de bodem. We hebben zelfs een Deltaprogramma met tot 2030 een jaarlijks potje van ruim één miljard om in 2050 Nederland klimaatbestendig en waterrobuust te krijgen. Daarbij draait het om waterveiligheid, zoetwatervoorziening en ruimtelijke inrichting.

De inrichting van ons landschap bepaalt of het water weg kan, hoe de temperatuur reageert en hoe gevoelig het is voor extremen. De trend van betegelde tuinen helpt daar niet aan mee. Juist veel groen in druk bevolkte gebieden helpt voor betere leefomstandigheden, ook geestelijk. Daar kunnen alle Nederlanders een steentje aan bijdragen.

Minder voorspelbare momenten

Een veranderend klimaat betekent in Nederland vooral meer water op minder voorspelbare momenten (extremere buien), meer hittegolven (vooral in stedelijk gebied) en vaker extreme weersituaties (lang warm, lang koud, lang droog, lang nat). Er kunnen jaren voorbij gaan waarbij we er niet veel van merken, maar het kan ook kort achter elkaar escaleren. We kunnen niet afwachten tot het een keer misgaat: de veiligheid van de inwoners staat voorop.

  Mensen moeten bewust
  worden van de risico’s. Niet
  alleen van stijgend water, maar
  ook van migraties van mensen.

Naast fysieke aanpassingen is het ook belangrijk de sociale fundamenten te verstevigen. Mensen moeten bewust worden van de risico’s. Niet alleen van stijgend water, maar ook van migraties van mensen. Doordat het elders in de wereld niet meer veilig en leefbaar is door een veranderend klimaat.

Alles is met elkaar verbonden en iedereen heeft behoefte aan voedselzekerheid en veiligheid. Laten we stap voor stap kijken wat ons kan helpen onze kwetsbaarheid te verminderen. Door het adaptief aan te pakken, kunnen we de voortschrijdende techniek en innovaties telkens opnieuw afwegen en meenemen.

Laten we iedereen goed voorlichten over de onzekerheden in klimaatveranderingen en de mensen het gevoel geven zelf ook veel te kunnen doen. Creëer draagvlak. Er is zoveel creativiteit: hoe kunnen we kringlopen sluiten, zodat de volgende generaties hier geen nadelen van ervaren?

Samen sta je sterker dan alleen. Dat kost geld, maar niets doen kost meer geld én levens van mens en dier. Een klimaatbestendige toekomst is goed voor onze economie. Het vraagt flexibiliteit in denken, maar ook dat zit in ons DNA. Anders hadden we nooit in dit kikkerlandje kunnen wonen. Moeder Aarde heeft zoveel te bieden aan oplossingen: we hoeven er alleen maar open voor te staan!

Meer is te vinden op de site van Nederland MVO

]]>
Tue, 21 Mar 2017 13:32:00 +0100 columns.php?d=26
Zo houd je je hoofd en huis koel... columns.php?d=25 De zomer komt met horten en stoten. Veel tijd om te wennen hebben we niet. Waar moet je op letten? Wat kun je doen om je hoofd en huis koel te houden? Hieronder de tips "How to beat the heat."

Hier volgen 9 punten waar je mee aan de slag kunt om de warmte te overleven: ##more##

Schaduw 
   1. Gebruik zonwering aan buitenkant.  Zonlicht komt door de ramen heen en creëert warmte binnen. Zet eventueel parasol voor je raam of voor je deur om schaduw te maken!
   2. Als je geen zonwering aan de buitenzijde hebt, kan het dichthouden van de gordijnen ook helpen. Of lakens ophangen voor de ramen. 

Isolatie
   3. Goede isolatie van je huis. Dat houdt de kou in winter buiten (of warmte in huis vast) en houdt in de zomer de warmte buiten. Is ook een lange termijn investering: je bespaart energie en verhoogt je comfort.
 
Ventileer
   4. Heb je mechanische ventilatie, doet dat overdag uit. Anders wordt warme lucht naar binnen gezogen.
   5. Gebruik een ventilator. Geeft een luchtstroom die warmte van je lijf afvoert.
   6. Overdag ramen en deuren dicht (evt gordijnen dicht). Als het binnen warmer is dan buiten, dan kun je luchten (zal vooral in nacht en vroege ochtend zijn!).
 
Koel slapen
   7. Warmte stijgt. Dus de zolder is altijd warmer dan de begane grond. Misschien een verdieping lager logeren om beter te slapen.
 
Warmtebronnen uitzetten
   8. Zet alles wat warmte produceert in huis uit (lampen, randapparatuur, oven, vaatwasser, wasdroger, computers, stofzuigers, opladers uit stopcontact). Misschien handig om sowieso zoveel mogelijk te vervangen door energiezuinige varianten (produceert minder warmte, minder CO2 en bespaar je geld)
   9. Kook buiten of eet een verfrissende salade.
 
Beweging
   10. Houd jezelf koel door niet buiten te sporten op het heetst van de dag (sportscholen zijn vaak met airco).
   11. Vermijd stress en inspanning op het heetst van de dag. De Siësta’s hebben een functie.
 
Kleding
   12. Luchtige kleding dragen (lichte kleding neemt minder warmte op dan donkere kleding). De soort stof bepaalt hoe goed je je warmte kwijt kan. Sportkleding is ideaal!
   13. De meeste warmte raak je kwijt via je hoofd. Opgestoken haar zorgt dat je meer warmte kwijt kan. Een hoed buiten houdt je hoofd in de schaduw.
 
 Vocht
   14. Genoeg water drinken (heerlijk met schijfje citroen of mint erin). Minimaal 2-3 liter op een dag, ook al heb je geen dorst.
   15. Houd je polsen af en toe onder een kraan met lauw water. Een nat washandje of doekje op je hoofd en nek geeft ook verkoeling.
   16. Nat houden van terras, balkon en platte daken. Iets wat droog is, warmt sneller en meer op dan iets wat nat is.
 
Onderweg
   17. Laat niets achter in de auto. In een half uur tijd is het binnen tientallen graden warmer. Neem een handdoek mee voor een hete autostoel. Houd je bederfelijke boodschappen koel in speciale tassen of met ijspacks.
   18. Denk aan (huis)dieren en buurtgenoten die ook mogelijk moeite hebben met de warmte.
   19. Smeer je in met anti-zonnebrandmiddelen. Een verbrande huid zorgt dat je het nog warmer krijgt!
 
Tip: zet flessen water in vriezer (niet helemaal vol: bevriezend water zet uit!). Als je het voor de ventilator zet, koelt de lucht ook wat af. En altijd handig voor onderweg of op het werk.


Foto: Gieny van Asten, Katwijk 18-7-2016

Hoe weet je dat het je teveel wordt?

Signalen: vermoeidheid, concentratieproblemen, duizeligheid en hoofdpijn. Ook kunnen huidproblemen voorkomen met jeuk en uitslag met blaasjes. In ernstige situatie kan door uitdroging klachten als kramp, misselijkheid, uitputting, flauwte en bewusteloosheid optreden. Symtomen van een zonnesteek vind je hier.

Als iemand te warm aanvoelt (hoge koorts), verward of gedesoriënteerd lijkt, moeilijk ademt of misselijk wordt, waaarschuw dan direct een arts. Maar probeer vooral te voorkomen dat het zover komt.



Meer tips via Rode Kruis
]]>
Mon, 18 Jul 2016 18:08:44 +0200 columns.php?d=25
Klimaat in het nieuws columns.php?d=24 “Het WEER zegt wat je vandaag moet dragen, het KLIMAAT vertelt wat je in je kledingkast moet hebben”.

Oui! Yes, we will...

Er ligt een nieuw klimaatverdrag! 195 landen kwamen op 12-12-2015 in Parijs tijdens de COP21-vergadering overeen dat zij vanaf 2020 meewerken aan een nieuw klimaatverdrag. Dan lopen de oude afspraken af (getekend in Kyoto in 1997). Toen deden minder landen mee en nu gaan de afspraken veel verder. Verder naar onder in het verhaal vind je meer details.
 
 
  



 






Hoe hard is het nodig dat we de krachten bundelen tegen verandering van het klimaat op aarde? Eerst even terug naar de basis: wat is eigenlijk het klimaat? ##more##

Ons klimaat 

Ons klimaat bestaat uit afwisselend warmere en koudere periodes. Dat is binnen een maand zo, binnen een seizoen, het jaar, decennia, eeuwen en millenia. Ons landschap is zelfs gevormd door vroegere ijstijden, dus onze voorouders hadden er al mee te maken. We kunnen zelfs met ijsboringen de samenstelling van de luchtbelletjes in het ijs meten. Daaruit kunnen we afleiden of het een warmere of koudere periode was, maar ook of er veel vulkaanuitbarstingen in die tijd waren. We kunnen zo ongeveer 800.000 jaar terug in de tijd. Ook bodemmonsters (dan bedoel ik de grondboringen, niet de beestjes ;-) ) in oceanen geven een historisch perspectief. Bomen en koraal vertellen wat over het klimaat in een recentere periode. 

Je kunt meten wat er de afgelopen 800.000 jaar is gebeurt in de atmosfeer, maar ook op kortere termijn. Dat doen ze in Mauna Loa op Hawaii. Je ziet de jaarlijkse variatie (meer Co2 wordt opgenomen als er veel groeit, minder CO2 wordt opgenomen als er meer afsterft). 2015 wordt weer een recordjaar: voor het eerst gaan we de 400 ppm CO2 permanent over en beloofd het het warmste jaar ooit wereldwijd te worden (even de tijd van de dino's 60 miljoen jaar geleden daargelaten). Meer vind je op de site van Climate Central.


 










 

Als je het klimaat inzichtelijk en meetbaar wilt maken, moet het omzetten naar getallen. De gemiddelde temperatuur over de laatste 30 jaar geldt als ‘ons normale klimaat’. Dat zelfde doen we ook voor de gemiddelde hoeveelheid regen, zon, wind, etc.  Zo kan het zijn dat het gemiddeld over het jaar in Nederland 10,1℃ is, maar dat die waarde zelf nooit precies hoeft voor te komen. De nachten zijn meestal kouder, de dagen een groot deel van het jaar warmer. Maar door uit te gaan van die gemiddelden, kun je het vergelijken met voorgaande jaren. Door de jaren heen zie je veranderingen: het wordt natter en warmer in Nederland.
 
Om wat voorbeelden te geven: nu valt er gemiddeld 833 mm per jaar in De Bilt. Rond 1900 was dat 700 mm gemiddeld. De uitersten in neerslag is 387 mm in het droogste jaar (1988) en 1240 mm in het natste jaar (2003). Dát is ons klimaat.

 
 De gemiddelde jaartemp in NL over 1980-2010 is 10,1℃ en 1602 uren zon. Een recent overzicht van de koudste, natste, droogste en zonnigste jaren vind je hier.

“Dit extreme weer bewijst dat het klimaat verandert….”

Het grootste misverstand is dat het weer hetzelfde is als het klimaat. Het weer is van alledag. Op korte termijn dus. Dat kent veel variatie. Het klimaat is een statistisch (rekenkundig) gemiddelde. Op lange termijn dus. Als je een gemiddeld getal neemt, zie je de uitschieters dus niet, maar je kunt wel de bijbehorende boven- en ondergrens aangeven. In de grafiek hieronder kun je aan rechterkant voor elke dag dertig jaar lang een dagwaarde geven en dan zie je vanzelf de marge. 
Een paar warme dagen (of zelfs een warme maand) is niet het bewijs van klimaatverandering. Maar de kans dat dat in de toekomst vaker gaat voorkomen neemt wel toe met opwarming van de aarde. Als er dagrecords sneuvelen omdat het op die dag nog nooit zo warm is geweest sinds we begonnen zijn met de metingen, dan is dat niet het bewijs dat het klimaat verandert is. Wel dat we deze uitschieter niet eerder gezien hebben (maar we meten pas sinds 1900!). Bij een veranderend klimaat wordt wel de kans groter dat we vaker deze uitschieters gaan beleven.

Een mooie vergelijking:
“Het WEER zegt wat je vandaag moet dragen, het KLIMAAT vertelt wat je in je kledingkast moet hebben”.

“Het klimaat was vroeger warmer dan nu, dus de huidige opwarming is niets onnatuurlijks…”

De wetenschappers zijn het vrijwel unaniem met elkaar eens. Het klimaat op aarde verandert sneller dan je volgens natuurlijke processen kunt verklaren. Het kan niet anders dan dat de mens daar een dominante invloed op heeft. Maar om dat voor 100% aan te tonen, moet je ook de atmosfeer en de oceaan volledig kunnen modelleren. Dat is een vrijwel onmogelijke klus. Dus komt het IPCC met kansen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

“Het is voor 95% zeker dat meer dan de helft van de de huidige opwarming door de mens wordt veroorzaakt. Een krantenartikel uit 1912 toont aan dat het geen nieuwe wetenschap is! Meer oude krachtenartikelen vind je hier

“Het is helemaal niet zeker dat mensen deze verandering veroorzaakt hebben!”

Klimaatsceptici kunnen dan roepen dat het nog niet 100% zeker is. Dat is correct. Of waar komt de rest van de opwarming vandaan? Tja, we weten nog lang niet alles. We kunnen het nu niet aantonen. Dus of dat uiteindelijk ook door de mens komt of dat de aarde zelf allerlei terugkoppelingsmechanismen heeft… geen idee.

Klimaatsceptici maken handig gebruik van die onzekerheid. In de media is daar onevenredig veel aandacht voor. Iets waar iedereen het over eens is, is geen nieuws. Een afwijkende mening is wel nieuwswaardig. John Oliver heeft tijdens zijn show Last Week Tonight het mooi uitgebeeld, zie op youtube Climate Change Debate.

“In mijn jeugd spraken ze over Global Cooling. Telkens roepen er wat anders…”

Er is zelfs een periode geweest in de jaren ’80 dat men sprak van “global cooling”. De aarde warmde niet meer zo snel op en allerlei regenpatronen boven Europa en Afrika verschoven van positie. Extreme droogte in Afrika met beelden van kinderen met hongerbuikjes en vliegen op het gezicht staan nog in mijn geheugen gegrift.
 
Men kwam er na verloop van tijd achter dat er minder zonlicht het aardoppervlakte bereikte. Dat was te koppelen aan meer luchtvervuiling. Er hing feitelijk een soort mistdeken van aerosolen boven ons hoofd, die ook fungeerden als condensatiekernen (een deeltje wat de omzetting van waterdamp naar waterdruppel mogelijk maakt). Wij trokken de regen als het ware naar ons toe, waardoor er in Afrika te weinig vocht overbleef. Ook voor onze gezondheid is de vervuiling natuurlijk onwenselijk.
 
Maatregelen om de vervuiling sterk terug te dringen hebben geholpen. De zon schijnt weer sterker, de regengebieden zitten weer waar ze horen, de lucht is schoner.

“Telkens is er een nieuwe hype; wat is er met de zure regen gebeurt?”

In de jaren 90 was zure regen een groot probleem. Bomen stierven bij bosjes, kalkstenen monumenten en gebouwen werden aangetast en het was slecht voor onze gezondheid. Mede door de grote aandacht heeft men de verantwoordelijke vervuiling aangepakt en is het geen bedreigend nieuws meer. Maar het bestaat nog steeds! 



 

“En de ozonlaag dan? Daar hoor je ook weinig meer over…”

De ozonlaag had het zwaar vanwege het gebruik van CFK’s in o.a. brandblussers, koelvloeistoffen en spuitbussen. Dat is een stofje dat niet wordt afgebroken in de atmosfeer. Door een chemische reactie hoog in de lucht wordt de vorming van ozon verstoord en neemt de concentratie van ozon (in een laag tussen 30-50km hoogte) af. Die ozon beschermt ons tegen schadelijke UV stralen van de zon. Het dunner worden van de laag is dus levensbereigend! (schade aan ons DNA!). Nog steeds hoor je geregeld dat de ozonlaag dun is dit jaar (meestal in de winterperiode), maar dat is ook een natuurlijkje variatie. We meten het nog niet zo lang, dat maakt het lastig beoordelen.
 
Je hebt in windstille situaties ook wel eens teveel aan ozon aan de grond. Dat noemt men dan smog. Ook daar speelt de vervuiling door auto’s en industrie een belangrijke rol in.
 
 
 

















Met alle voorbeelden is wel duidelijk hoe complex alles met elkaar samenwerkt. De lucht houdt zich niet aan landsgrenzen. Wat wij in Nederland uitspoken, heeft ook gevolgen voor gebieden elders op aarde. Maar we weten nog lang niet wat precies.

“Als het voor wetenschappers en ingewijden al zo lastig is om het helder uit te leggen, hoe moet het dan in de media?"

Iets wat afwijkt van het normale is nieuwswaardig. Dat het klimaat verandert is geen nieuws meer. Dat uit een onderzoek (ongeacht of het een valide onderzoek is) blijkt dat het ijs op Antarctica aangroeit, is wel nieuws. Je kunt je ook zorgen maken dat de overige opwarmeffecten dus nog sterker moeten zijn dan we dachten als het ijs juist daar aangroeit.
Dat de opwarming een periode minder snel gaat, is voer voor suggestie dat de opwarming allemaal onzin is. Zo kun je eindeloos blijven debatteren…

 


“Wat is er in Parijs afgesproken?”

Kerndoel: Opwarming van de aarde moet ruim onder de 2 gr blijven; het streven is maximaal 1,5 graden (ten opzichte van pre-industrieel tijdperk). Het IPCC komt in 2018 met een rapport hoe sterk de reducties dan moeten zijn. Dat wordt het eerste 'plan' van aanpak. Daarna moeten landen elke 5 jaar hun nationale doelen evalueren en naar boven bijstellen (dus vanaf 2023). Ligt men op koers? Waar kan men het aanscherpen? (het kan zijn dat er nieuwe technieken ontstaan waar we nu nog geen idee van hebben maar later enorm kunnen helpen)

Hoe gaan we dat bereiken?
-       Er komt een Fonds met 100 miljard per jaar beschikbaar vanaf 2020 om arme landen te helpen bij klimaatproblemen. Kwetsbare landen krijgen hulp om zich te wapenen tegen de gevolgen.
-       In 2050 moet gebruik van fossiele brandstoffen nihil zijn (uitstoot broeikasgassen in evenwicht met de opname ervan).
-       Afspraken zijn juridische bindend op de belangrijkste punten. Aanscherpen eigen verantwoordelijkheid van land, maar sociale druk van andere landen helpt al veel.

Meer kun je vinden op de site van de VN (in het engels) 
Voor de echte die-hards: klik hier voor het hele rapport.

Wat kun jij zelf doen?

Alles staat en valt met welke keuze jij maakt. “Jouw kassabon is je stembiljet.” Als jij een gezondere en schonere wereld wilt, moet je je eigen voetafdruk beperken. Jezelf minder kwetsbaar maken, minder afhankelijk van anderen. En dat kan op veel leuke manieren. Het is maar net welke keuze jij maakt! Alle beetjes helpen. Als je er eenmaal op gaat letten wat je kunt doen, wordt het ook steeds leuker. Een fascinerende combinatie... Klimaat, duurzaamheid en gedrag: daar kom ik in een volgende column op terug! 

 
Heb jij nog dingen die je graag in een column uitgelegd wilt hebben? Mail mij jouw suggestie!
]]>
Wed, 16 Dec 2015 15:44:01 +0100 columns.php?d=24
Zinderend z☼merweer... columns.php?d=23 -update 23 juli 2019-

Hollands Zinderend Zomerweer

Hete zomers in Nederland zijn eerder uitzondering dan regel. Voor juli en augustus ligt de gemiddelde maximumtemperatuur rond 22 graden (op de Wadden wat lager, in het zuidoosten wat hoger). Daar kunnen we 10 graden boven zitten, maar ook 10 graden onder. Het hoort bij het Nederlandse weer dat we rond dat langjarige gemiddelde schommelen. Te koud of te warm is het dus nooit, hooguit afwijkend van het gemiddelde.

Zeker in de vakantieperiode verlangen veel mensen naar mooi zomerweer. Wat ‘mooi’ is, is natuurlijk persoonlijk. Sommigen vinden 30 graden heerlijk, anderen hebben het bij 20 graden al warm. Over het algemeen zijn boven de 25°C al extra maatregelen nodig bij een kwetsbare groep mensen (denk aan ouderen, jonge kinderen, zwangeren vrouwen, chronische zieken, mensen met overgewicht, sporters en evenementenbezoekers (veel mensen dicht op elkaar)). Het is in elk geval verstandig je lichaam niet teveel te belasten. Verderop lees je wat je het beste kunt doen.   ##more##  

De hoogst officieel gemeten temperatuur in De Bilt stond lange tijd op 36,8°C (27-6-1947). Het KNMI heeft alle metingen in 2016 nog een keer onder de loep genomen om veranderingen door andere meetinstrumenten of manier van meten eruit te halen. Je wilt immers de metingen van vroeger en nu zo eerlijk mogelijk met elkaar kunnen vergelijken. Dit heet homogenisatie. Daardoor is de hoogst officieel gemeten temperatuur in De Bilt bijgesteld naar 35,7°C  (26-7-2018).
NB Sommigen zijn het niet eens met "de verdwenen hittegoven", maar de site Klimaatverandering zocht uit of die kritiek terecht was.

Maar het kan warmer: de hoogste temperatuur ooit gemeten in Nederland is 38,6 °C (gemeten in Warnsveld op 23-8-1944). Aangezien dit geen officieel KNMI meetstation is, leeft ook hier de discussie hoe betrouwbaar het is. Van de ofiiciële, gehomogeniseerde reeks (wat een rotwoord!) is nu Maastricht met 38,2 op 2-7-2015 de hoogste waarde volgens de site weerstatistieken.nl



Nationaal Hitteplan en Hittegolf

Als er langer dan 4 dagen maximumtemperaturen boven de 27 ºC worden verwacht, treedt het Nationaal Hitteplan in werking. Dat heeft als doel organisaties (waaronder onder andere GGD’en, brancheorganisaties en het Nederlandse Rode Kruis) er tijdig op te attenderen dat een periode van aanhoudend warm weer wordt verwacht. Zij waarschuwen vervolgens hun achterban en regionale contacten, die maatregelen kunnen nemen waarmee de gevolgen van de aanhoudende hitte kunnen worden beperkt.

Dat wil nog niet zeggen dat er een hittegolf is! Voor Nederland spreken we daarvan als (in De Bilt) wordt gemeten: minimaal 5 aaneengesloten zomerse dagen (25 ºC of hoger), waarvan minimaal 3 tropische dagen (30 ºC of hoger). 

Een hittegolf kan pas achteraf worden vastgesteld (en gaat met terugwerkende kracht in op de eerste dag dat De Bilt boven de 25 ºC komt). Het Nationaal Hitteplan moet juist vooraf voorspellen dat het aanhoudend warm gaat worden, zodat tijdig maatregelen kunnen worden getroffen.

En aanhoudende hitte heeft ook echt gevolgen. Volgens het CBS komen tijdens een hittegolf per week ongeveer​ 200 personen meer dan gemiddeld te overlijden. Dat is 10% van het normale sterftecijfer per week in Nederland. Daarnaast is er nog verlies van arbeidsproductiviteit en extra ziekteverzuim.

Hitte-Index

Hoe we de hitte ervaren hangt ook af van de luchtvochtigheid. Bij droge lucht voelt 30 graden echt heel anders aan. Bij droge lucht voelt 30 graden echt heel anders aan dan wanneer het vochtig is. Dat kan wel 12 graden schelen! (zie tabel). Bij hoge luchtvochtigheid kun je je warmte niet goed kwijt (door verdampen van zweet koelt je lichaam af). Daarom is er een Hitte-Index, die aangeeft wanneer je extra moet oppassen. Het is de zomervariant van de wind-chill: de gevoelstemperaturen bij de combinatie van kou en wind. De actuele gevoelstemperatuur vind je hier.


Hoe vaak komen hittegolven voor?

Ook hier is een verschil te vinden tussen de oude klimaatgetallen en de gecorrigeerde na 2016 (zie toelichting over homogenisatie):
Tot en met 2015 werd aangehouden dat we sinds 1901 39 hittegolven hadden gehad (stand voor 28-6-2015). Vanaf 2016 is dat bijgesteld naar 26 hittegolven (tot en met juni 2019).

Een hittegolf kan 5 dagen duren (het minimum). De langste hittegolf duurde 18 dagen! Zodra de maximumtemperatuur op een dag de 25,0 ºC niet meer haalt, dan houdt de hittegolf op en moet er weer opnieuw begonnen worden met tellen.













Beat the Heat

Wat kun je het beste doen bij (aanhoudende) hitte?
  • Extra water drinken (2-3 liter per dag, ook al heb je geen dorst!). Tip: Neem flesje water mee naar je werk of naar school. Vermijd alcohol of cafeïne houdende dranken.
  • Bescherm je tegen de zon (schaduw, zonneklep/zonnehoed, zonnebril, lichte ademende kleding. Tip: bedenk hoe inwoners van warme landen zich kleden. Meestal wijde, lichte kleding (die ook armen en benen bedekt buiten). Licht van gewicht en kleur!
  • Zorg voor ventilatie (warmte wordt dan afgevoerd). Tip: gebruik een waaiertje, papiertje, ventilator.
  • Inspanning vermijden. Vooral tussen 12 en 17 uur geen zware inspanning. Tip: ’s ochtends voor het werk lekker sporten of in een sportzaal met koeling. Rustig in beweging blijven is beter dan hardlopen.
  • Houd af en toe je polsen even onder de koele kraan. Een koele natte handdoek in je nek helpt ook.
  • In huis, op kantoor en op school: hou ramen en deuren dicht, zolang het buiten warmer is dan binnen. ’s Ochtends heel vroeg alles even luchten en daarna de boel dicht. Tip: Aan zonkant ook gordijnen dicht houdt warmte buiten.
  • NB Warmte stijgt omhoog, dus daar moet je het afvoeren (en dus geen ventilator aan plafond die alle warmte weer terug blaast ;-)  Tip: als je op zolder slaapt, logeer dan een paar dagen op lagere etages.
  • Eet licht en regelmatig. Honger en dorst worden vaak door elkaar gehaald! Pas op met bederfelijk voedsel: ook (ziekmakende) bacteriën groeien beter met hogetemperaturen.
  • Denk aan huisdieren en buren die juist nu wat extra aandacht kunnen gebruiken. 
  • Laat niets en niemand in de auto achter bij het parkeren. In een auto kan het gerust 30 graden warmer worden in korte tijd! Plastic smelt en kinderen en huisdieren zijn daar niet op gebouwd. Tip: Neem handdoek mee om niet  op hete autostoel te hoeven zitten.      

Wat zijn klachten bij hitte?

Signalen dat de warmte wellicht teveel wordt: vermoeidheid, concentratieproblemen, duizeligheid en hoofdpijn. Daarnaast kunnen huidproblemen optreden zoals jeuk en uitslag met blaasjes. In ernstige situaties kan door uitdroging kramp, misselijkheid, uitputting, flauwte en bewusteloosheid optreden. Symptomen van een zonnesteek vind je hier. Als dan niet adequaat gehandeld wordt is er gevaar voor een hitteberoerte.
 
Als iemand te warm aanvoelt (hoge koorts), verward of gedesoriënteerd lijkt, moeilijk ademt of misselijk wordt, waaarschuw dan direct een arts. Maar probeer vooral te voorkomen dat het zover komt.

RELAX...

Ik hoop dat de meesten gewoon kunnen genieten van zinderend zomerweer.
We boeken immers zomervakanties naar de meest warme oorden. Nu kost je dat niets en heb je het in je achtertuin (of balkon)! Wil je weten hoe lang het duurt? Bekijk dan de pluim.

Ultieme tip: Doe zoals inwoners van hete landen. Zij weten wat te doen met deze weersomstandigheden. Een Siësta is niet altijd mogelijk. Rustig aan doen wel. Je hebt nu de tools in handen. Geniet. Relax!
 
 


Bronnen:  
https://www.rivm.nl/dsresource?objectid=rivmp:279285&type=org&disposition=inline&ns_nc=1
- weergegevens.nl
- https://www.knmi.nl/klimatologie/index.html
- weerstatistieken.nl
https://www.rodekruis.nl/hulp-in-nederland/noodhulp-in-nederland/hulp-bij-rampen/voorbereiding/documents/rode%20kruis-checklist-hitte.pdf
- https://www.rodekruis.nl/hulp-in-nederland/noodhulp-in-nederland/hulp-bij-rampen/voorbereiding/hitte


 
]]>
Mon, 29 Jun 2015 12:57:50 +0200 columns.php?d=23
Zonnige Feitjes... columns.php?d=22 MotorWe staan er niet bij stil, maar onze zon is de motor van het leven op aarde. Het is een ster op ongeveer 150 miljoen km afstand. Het licht doet er een minuut of 8 over om de aarde te bereiken. Als dat met de snelheid van een vliegtuig zou gaan (1000 km/uur) dan zou het licht er 17 jaar over doen!
 
We ontvangen precies genoeg zonnestralen om het niet te koud en niet te warm te hebben. Daarbij hebben wij het geluk van een atmosfeer met broeikasgassen. Zonder die atmosfeer met zou het gemiddeld -18℃ zijn. Daarbij zou de variatie tussen dag en nacht veel groter zijn dan wij kennen. Overdag zou het wel boven de honderd graden kunenn zijn en in de nacht minstens honderd graden onder het vriespunt. Gloeiend heet en ijskoud, dus. De atmosfeer maakt het leefbaar.
 
De atmosfeer is een soort deken die de warmte vasthoudt en het verschil tussen dag en nacht tempert. Dankzij broeikasgassen is onze aarde comfortabel warm met gemiddeld +15 ℃.
  

Broeikasgassen

Je hebt vast wel eens gehoord van de belangrijkste broeikasgassen:##more##
- Waterdamp H2O (sterkste broeikaseffect vanwege de grote hoeveelheid in de atmosfeer. Menselijk aandeel is verwaarloosbaar)
Kooldioxide CO2 (kleurloos en reukloos gas, niet-giftig, wordt door mensen uitgeademd en door planten weer opgenomen. Komt vrij bij verbranding van fossiele brandstoffen, bij compostering en rotting)
Methaan CH4 (kleurloos en reukloos gas, brandbaar, komt van nature voor in moerassen en venen, smeltende permafrost, bij bosbranden en rottend materiaal. Menselijke invloed uitstoot via vuilstortplaatsen, rijstbouw, veeteelt, landbouw en verbranding fossiele brandstoffen. Vormt de basis van aardgas. Opwarmend effect 21 keer die van CO2)
Distikstofoxide N2O (lachgas) (kleurloos en lichtzoet-ruikend gas, wordt gebruikt bij verdovingen, om motoren meer vermogen te geven. Uistoot via landbouw (mest en kunstmest), chemische industrie, afvalverbranding, verbranding fossiele brandstoffen. Opwarmend effect 300 keer die van CO2  Hoeveelheid klein, maar kan wel 150 jaar in atmosfeer blijven voor het afgebroken wordt)
Chloorfluorkoolstofverbindingen (CFK’s) (zat vroeger in spuitbussen en in koelvloeistoffen van o.a. koelkasten, is uitgebannen omdat het ook de ozonlaag ernstig aantast. Sommige van deze gassen hebben een opwarmend vermogen dat meer dan 20.000 keer sterker is dan die van CO2)

Klimaatverandering

Doordat wij de laatste 150 jaar meer van deze gassen in de atmosfeer brengen, wordt het broeikaseffect sterker en warmt de aarde (aantoonbaar door menselijk toedoen) verder op. Dat geeft een domino-effect met extremer weer, intensere orkanen, smelten ijskappen, hogere zeespiegel, verzuren van de oceanen, etc.
 
Maar de zon doet meer. De zon warmt de aarde op, maar niet gelijkmatig. Boven de evenaar is de zonkracht het sterkst, boven de polen het zwakst (vergelijk maar dat je eenzelfde bundel licht recht op een oppervlakte schijnt of er schuin tegenaan). Daardoor ontstaan er temperatuurverschillen en komt de lucht en oceaan in beweging. Zo ontstaat ons weer.
 
Die zonne-energie kun je ook opvangen. Elk half uur ontvangt de aarde meer energie dan wij in een jaar kunnen opmaken. Je kunt je voorstellen dat als je een zonneboerderij in de Sahara zou aanleggen, je maar een klein oppervlakte nodig hebt om alle ruim 7 miljard aardbewoners van energie te voorzien! Er zijn wel eens initiatieven geweest, zoals Desertec 

Seizoenen

Ook door het jaar heen varieert de hoeveelheid zon die we in Nederland ontvangen. Dat heeft te maken met de seizoenen. Onze aarde staat enigszins gekanteld, waardoor in ons rondje om de zon (in 365,25 dagen) wij in onze winter meer afgekeerd staan van de zon en in de zomer naar de zon toegekeerd staan. In Nederland zien we dat de zon in de zomer hoger aan de horizon staat dan in de winter. En dichter naar de evenaar toe komt de zon ook steeds hoger te staan.












De lente begint bij ons wanneer de zon de evenaar passeert van het zuidelijk halfrond naar het noorden. Dat is meestal rond 20 of 21 maart. Van bovenaf bekeken maakt de zon een slingerbeweging vanaf de evenaar, naar de noorderkeerkring/kreeftskeerking (rond 21 juni – start onze zomer), weer terug naar de evenaar (paseert rond 21 september- begin onze herfst) en dan naar de zuiderkeerkring/steenbokskeerkring (bereikt die rond 21 december, begin van onze astronomische winter). Als het bij ons winter is, is het dus op het zuidelijk halfrond zomer!

Tabel wanneer komende jaren bij ons in Nederland (lokale tijd) de astronomische seizoenen van start gaan.

Duistere krachten

De aarde draait in een jaar om de zon, maar we hebben ook nog een maan die in 27 dagen (en 7 uur en 23 minuten) om de aarde draait. Het zonlicht verlicht de maan, waardoor wij hem (gedeeltelijk) kunnen zien. Meer info. (linkerplaatje)
De maan heeft ook invloed op het water op aarde. Eb en vloed ontstaan door een aantrekkingskracht van de maan met de aarde (rechterplaatje).








 


 

Maar de maan en zon samen kunnen ook bijzondere schouwspelen veroorzaken. Zoals de zonsverduistering en de maansverduistering. 
In ons land is 28 september 2015 een volledige maansverduistering te zien. Meer. De maan schuift dan door de schaduw van de aarde.

Op 20 maart 2015 is er een zonsverduistering, die in Nederland gedeeltelijk te zien is (links). Meer daarover op wiki of een amerikaanse site. De maan schuift dan tussen de zon en de aarde in, waardoor er een (gedeeltelijke) schaduw van de maan over de aarde trekt. Het wordt bij ons een klein beetje donkerder. Het schijnt dat je aan de schaduwen op de grond ook de hap uit de zon kunt zien. Diezelfde dag begint bij ons de astronomische lente!

Ook al is de zon veel groter dan de maan, toch lijken ze voor ons evengroot. Dat komt omdat ze zon evenredig verder weg staat. De maan is 400 keer kleiner dan dezon, maar de zon staat 400 keer verder weg. Overigens als de zon een voetbal is van 23 cm doorsnee, dan is de aarde een speldenknopje groot van 2,1 mm (factor 109!). De maan is dan 0,57 mm in diameter!














NB Neem geen risico! Kijk alleen naar de zon met een speciale eclipsbril! Ze zijn voor een paar euro te koop en bij sommige brillenwinkels zelfs gratis af te halen. Ook kijken in de zon met bewolking kan schade aan je ogen opleveren! Een zonnebril voldoet zeker niet. Ook een CD-disk beschermt niet goed genoeg tegen de schadelijke UV-stralen.
Nóg veiliger is een rond gaatje te maken in een papiertje en daar de zon doorheen te laten schijnen naar de muur of de grond. Dan zie je ook de hap uit de zon geprojecteerd! Met een vergiet krijg je heel veel mini-zonnetjes met hapjes eruit op de grond of muur. Allemaal smileys! Kijk nooit rechtstreeks naar de zon!!!



Bronnen:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Zonne-energie
https://www.klimaatatlas.nl/
https://www.kennislink.nl/publicaties/klimaatverandering
https://hemel.waarnemen.com/
 
]]>
Thu, 12 Mar 2015 09:44:10 +0100 columns.php?d=22
Hollands Doorzettingsvermogen columns.php?d=21 ' Vergeten' Hollandse Poolexpeditie vormde basis van huidige weerverwachtingWe klagen wel eens over het weer. Of liever nog, over de weersvoorspellingen. We staan er zelden bij stil dat we eigenlijk gruwelijk worden verwend met dagelijks uitgebreide weerbulletins, gemakkelijk toegankelijke weer-apps en continue beschikbare waarnemingen, satellietfoto’s en buienradars. Dat is echt niet in elk land zo vanzelfsprekend als in Nederland. Misschien is het daardoor wel dat wij Nederlanders menen dat het weer tot in de details te voorspellen is. Of zou het aan onze aard liggen: alles onder controle willen hebben? We nemen geen genoegen (meer) met onzekerheid…

Dezelfde behoefte aan overzicht en gegevens heeft ooit geleid tot een spectaculaire poolexpeditie. Nee, niet die naar Nova Zembla van Willem Barentsz in 1596 (als je wilt weten hoe dat ongeveer zat, zie onderaan*).

Er is nóg een poolexpeditie geweest, 300 jaar later. Die verliep niet minder spectaculair. Misschien kan ik beter zeggen minstens zo dramatisch. Toentertijd was het maandenlang voorpaginanieuws! Daarna is deze barre tocht in de vergetelheid geraakt. Totdat na 130 jaar in de bibliotheek van het KNMI een ‘vergeten doos’ met gegevens over een vergeten expeditie naar het Hoge Noorden tevoorschijn kwam. Een grote schat met ongelooflijke verhalen uit brieven, briefkaarten, journaals en knipsels over de expeditie. Daar is nu een mooi boek over verschenen.

Wat hadden we daar te zoeken? 

Toen ##more##rond 1875 de Oostenrijkse poolonderzoeker Karl Weyprecht een oproep deed tot internationaal gecoördineerd poolonderzoek was een vooraanstaand Nederlands meteoroloog erg geïnteresseerd. Zijn naam was Buys Ballot, directeur en oprichter van het KNMI. Toen was al duidelijk dat voor een goed begrip van het weer je zoveel mogelijk weergegevens nodig hebt. Niet alleen in ons eigen land, maar ook ver van huis. Op afgelegen plekken die ook van invloed zijn op ons uiteindelijke weer. Waarnemingsstations zijn in die tijd nog schaars (en duur). 

Crowdfunding

Buys Ballot wilde graag dat Nederland mee zou doen met het groepje landen dat elk een expeditie zou uitzenden om gedurende een jaar allerlei wetenschappelijke waarnemingen te doen. Dat ging niet zo gemakkelijk. Het was erg lastig om fondsen te vinden voor deze dure onderneming. Buys Ballot was echter een invloedrijk man en door hard lobbywerk kreeg hij het toch voor elkaar. In de huidige tijd zou dit vallen onder de noemer “crowdfunding’. Voor die tijd spectaculair en ongekend. Het lukt en eindelijk telt Nederland weer mee na de dramatisch afloop van de Nova Zembla expeditie 300 jaar eerder.
 
Er wordt besloten in het arctische gebied op een elftal locaties waarnemingen te gaan doen. Buys Ballot wil graag naar Nova Zembla, maar deze plaats is al vergeven aan Rusland. In samenspraak met de Nederlandse Overheid wordt een plaats gezocht waar ook handelsmogelijkheden zijn. Dat is Dickson Haven (Port Dikson) in Noord-Siberië, daar waar Russische rivieren in zee uitmonden.

De barre tocht

Op 5 juli 1882 vertrekt uit Amsterdam het Noorse schip de Varna met aan boord tien Nederlandse expeditieleden naar waarnemingslocatie Dickson Haven. Deze Nederlandse (eigenlijk KNMI expeditie) staat onder leiding van Maurits Snellen, adjunct directeur van het KNMI.

Dickson Haven zullen ze nooit bereiken. Het schip zou alleen de expeditieleden afzetten en weer terugvaren voordat de poolwinter zou beginnen. Het was dus niet voorbereid op een overwintering. Maar het noodlot slaat toe. Ze vriezen vast in het ijs van de Karazee, in het zuidwestelijk deel ten oosten van Nova Zembla, samen met een Deens schip, de Dymphna.

Het hele observatieprogramma werd, noodgedwongen, op het ijs uitgevoerd. Meteorologische gegevens als barometerstand, bewolking, en temperatuur maar ook oceanografische data als watertemperatuur en -diepte werden nauwkeurig bijgehouden. Dr. Ekama bouwde een donkere kamer in het onderzoeksstation 'Nieuw Holland' en maakte vele foto's.

Kruiend ijs

Na een paar weken wordt hun schip door kruiend ijs vermorzeld. Ze zijn daarmee hun relatief veilige onderkomen kwijt. De Varna zinkt overigens pas echt maanden later ergens tussen Nova Zembla en Jamal-Schiereiland als het ijs onder de boot wegsmelt. Maar dat weten ze dan nog niet. Met de aanleg van meerdere nooddepots op de voortdurend in beweging zijnde ijsschotsen proberen ze hun overlevingskansen te spreiden. Ze moeten overwinteren op een bijna onmogelijke plek. Met materialen van wat er nog van het schip gered kon worden, bouwen ze een pre-fab huis op een ogenschijnlijk stevige ijsschots.

Na een barre overwinteringen een koele zomer lijkt redding ver weg– geen schip kan hun bereiken. In de zomer van 1883 gaan de Nederlanders samen met de Noorse bemanning van het gezonken schip met sleden en sloepen over het ijs van de Karazee lopend op weg naar huis. Ze moeten wel, er is niet genoeg proviand voor nóg een overwintering.

Ze zoeken hun weg over voortdrijvende en gevaarlijk schommelende ijsschotsen zuidwaarts richting het Siberische vasteland. Bijna een maand zwerven ze over het ijs en bereiken het eiland Vaigatsj, ten zuiden van Nova Zembla. Na een loodzware tocht worden ze uiteindelijk gered. Wonder boven wonder heeft iedereen het overleeft.

Ondanks alles hebben Maurits Snellen en zijn mannen toch het grootse deel van hun wetenschappelijke waarnemingen kunnen doen. Dat is erg bijzonder gezien de omstandigheden. Tegenwoordig blijken deze waarnemingen extra waardevol! Ze beschrijven de toestand van een poolzee vóór de klimaatverandering. Een soort nulmeting, dus. 

Boek over vergeten expeditie 1882/1883

Over deze bijzondere, bizarre en vergeten expeditie is na zes jaar onderzoek een mooi boek verschenen. Kees Dekker (aanstichter van mijn carrière in de meteorologie ;-) ) beschrijft samen met Frieda van Essen niet alleenhet avontuurlijke verhaal van de overwintering. Ook wordt de belangrijke rol van Buys Ballot bij de totstandkoming van het eerste Internationale Pooljaar beschreven. Hoe hij in een tijd zonder radio en TV op een slimme manier geld wist op te halen: Crowdfunding avant la lettre. Dat moet hij twee keer doen. Eerst om de expeditie erheen mogelijk te maken, daarna onverwacht voor het opzetten van de reddingsexpeditienadat maandenlang niets wordt vernomen van de bemanning. De giro 555-actie van die tijd. Dagelijks werden de giften in de kranten vermeld (ook van nu nog zeer bekende families!).
 
Dit boek maakt je (met terugwerkende kracht) trots op onze creatieve Hollandse ondernemersgeest. Het schetst het relaas van een groep mannen die alleen door samenwerking en doorzettingsvermogen konden overleven met schaarse middelen. De organisatie bleek strak en efficiënt.

Naast het reisverhaal schreven de auteurs talloze kaders met historische achtergrondinformatie, bijvoorbeeld over de organisatie van de trip, de financiering en de bemanning  - maar ook over poolkleding, expeditie voedsel, telegraafverkeer en meteorologische instrumenten anno 1882.

Na te horen van dit verhaal had ik diep respect voor de bemanning van deze expeditie. Ondanks de ontberingen op het ijs wisten ze hun meteorologische waarnemingen voort te zetten. Een jaar lang meten ze handmatig onder meer temperatuur, windsnelheid, waterstand en het poollicht; ieder uur, zeven dagen in de week, maand in maand uit, onder de meest barre omstandigheden. Terwijl ze streden voor hun leven op hun ijsschots ‘Nieuw Holland’ is het ze gelukt om het internationaal afgesproken waarneemprogramma te volgen. Onder bijna onmogelijke omstandigheden hebben zij de basis gelegd voor ons weerwaarnemingsnetwerk en onze huidige weersverwachtingen! Dat verdient een pluim!

Wil je meer weten? Ik kan je het boek absoluut aanraden. Dan kom je wellicht er ook achter wat de rol van de hond was…



De Nederlandse poolexpeditie van 1882-1883

Overwintering op een ijsschots
Auteurs: Kees Dekker en Frieda van Essen
ISBN: 9789050114318
Prijs: € 29,95
Verkrijgbaar in de Boekwinkel en via www.knnvuitgeverij.nl
 

PS Tijdens de latere Internationale  Pooljaren 1932/33, 1957/58 en 2007/09 speelde Nederland opnieuw een rol van betekenis. Wie weet wat voor mooie verhalen daar later nog over vrijkomen!
 
 




* uitleg expeditie Nova Zembla: Willem Barentsz en Jacob van Heemskerck voeren in 1596 rond het noordelijkste punt van de eilanden op zoek naar een vaarroute “om de noord”. Maar voor de kust van Nova Zembla raakte hun schip ingevroren in het zee-ijs, zodat ze met hun bemanning strandden op het eiland Nova Zembla. Daar overwinterden ze noodgedwongen aan de oostelijke kust, dichtbij de noordelijke top. Hun expeditie overwinterde in een zelfgemaakt onderkomen, het Behouden Huys, gebouwd van het hout van hun schip. Gedurende de reis werden de eilanden voor het eerst in kaart gebracht. Gerrit de Veer maakte van deze tocht een reisverslag. Hij beschreef op 24 januari 1597 een zonsopgang, twee weken eerder dan verwacht. Ter verklaring van dit verschijnsel werd door Johannes Kepler al lichtbreking voorgesteld. Tegenwoordig wordt het beschouwd als een arctische luchtspiegeling en staat het bekend als het Nova Zembla-effect.

(bronnen: Wikipedia, Kees Dekker, persbericht KNNV Uitgeverij)
]]>
Thu, 24 Apr 2014 16:57:40 +0200 columns.php?d=21
Pot met goud columns.php?d=20 Heb je het wel eens geprobeerd? Naar de regenboog toelopen om te kijken of er echt een pot met goud te vinden is? Kansen genoeg tijdens de dagen met buiig weer. De basisingrediënten waterdruppeltjes en zon zijn dan ruimschoots aanwezig.

De pot is in elk geval nog nooit gevonden, want als je naar de regenboog toeloopt, verschuift dat eindpunt. Waar zou het verhaal vandaan komen?

Elke regenboog is anders. Iedereen ziet de regenboog ook anders. Soms zie je een tweede (fletsere) boog. De kleuren zijn dan gespiegeld aan de eerste boog. Er schijnt zelfs een derde (zwakke) boog mogelijk te zijn. Maar ook een extra boog die op hetzelfde punt splitst boven glad wateroppervlak. En heel soms kun je zelfs een hele cirkel zien, bijvoorbeeld vanaf een berg of vanuit een vliegtuig. Bijna altijd ziet we de boog of een deel daarvan. Wist je dat je zomers geen regenbogen in de middag zult zien? 
##more##
 
De regenboog is alleen te zien waar er regendruppeltje in de lucht zweven en je de zon in de rug hebt (of de maan). De regenboog staat dus tegenover de zon. Regendruppeltjes uit een tuinslang voldoen prima, maar ook druppels bij een fontein, een waterval en natuurlijk regendruppeltjes bij een bui. Dezelfde regenboogkleuren zie je als de zon op een geslepen glas schijnt. Het heeft allemaal te maken met wit licht dat in verschillende kleuren wordt opgesplitst. Het prisma-effect.

Zonlicht zien wij als wit licht, maar bestaat feitelijk uit licht met verschillende kleuren (verschillende golflengtes per kleur). Als dat witte licht wisselt van het medium waar het doorheen reist (bijvoorbeeld van lucht naar water), dan wordt het licht op het grensvlak iets gebroken van richting. Dus als een lichtbundel de rand van de regendruppel bereikt gaat het niet rechtdoor, maar buigt iets af. Het licht wordt gebroken, zeggen ze dan.
 
Blauw licht breekt net iets sterker dan rood licht. Zo wordt de witte straal opgesplitst in diverse zichtbare kleuren. Aan de achterwand van het druppeltje weerkaatsten de lichtstralen (als tegen een spiegel). Ze komen dan weer terug op het grensvlak water/lucht. Als het licht daar doorheen gaat, krijgt elke lichtstraal weer een afbuiging. Zo worden de kleuren rood, oranje, geel, groen, (aqua,) blauw, indigo en violet goed gescheiden van elkaar: het lichtspectrum.
 De hoek waaronder jij die gebroken lichtstralen kunt zien is niet willekeurig. Dat is 42 booggraden. (een volle cirkel is 360 graden, dus 90 booggraden boven de horizon is recht boven je hoofd en 42 graden is iets lager dan halverwege). Dus als de zon aan de horizon staat, zie je precies een halve cirkel met het middelpunt aan de grond. De afstand van het middelpunt tot de regenboog is 42 graden. Als de zon op 42 graden hoogte staat, is het topje van de regenboog net onder de horizon gezakt.

Wist je dat:
-       Hoe lager de zon staat, hoe groter deel van de boog te zien is.
-       Vanuit een vliegtuig of een berg kun je zelfs een hele cirkel zien.
-       De kleuren zijn intenser bij grotere druppels, maar de boog is dan wel smaller.
-       Bij hele kleine druppeltjes (bij mist) kun je een wittige boog zien: de mistboog.
-       Een vervagende regenboog wijst op zwakker wordend zonlicht, minder druppels of het vervormen van de druppels door bijv. het vallen.
 
Je hebt ook nog broertjes en zusjes van de regenboog. De circumzenitale boog, de bijzon en de halo. Die ontstaan iets anders. Daar heb je lichtbreking in ijskristallen in plaats van waterdruppels. Ook dat kan een prachtig kleurenspel geven! In het een vlak wateroppervlak kan de regenboog zelfs weerkaatsen: een reflectieboog.

 
En die pot met goud?

Ook ik vind het leuk om mijn kinderen te vertellen dat er een pot met goud staat aan het einde van de regenboog. Dan kijk je toch ineens anders tegen zo’n regenboog aan ;-) Vroeger begreep men niet hoe een regenboog ontstond. Het werd gezien als teken van de goden, zoals bij zoveel onverklaarbare zaken. Het schijnt dat ze in Noorwegen en in Zweden dachten dat een regenboog een brug naar de hemel was. De Grieken meenden dat de regenboog een godin was, met de naam Iris. In Ierland werden regenbogen vaak gezien bij een kaboutervolk. Zij geloofden dat aan het eind van de regenboog een pot goud stond. Waarschijnlijk hebben wij die “wijsheid” overgenomen.

Bronnen: Kees Floor, Kennisnet, KNMI, Wikipedia ]]>
Wed, 18 Sep 2013 22:09:17 +0200 columns.php?d=20
Pluimen en apps columns.php?d=19 "De enige zekerheid in een weersverwachting is de onzekerheid!"

Uit internationaal onderzoek is gebleken dat wij Nederlanders graag zaken onder controle willen hebben. Wij willen alles weten zodat we het kunnen sturen naar onze zin. Soms gaat die vlieger op. Niet voor niets geldt: Meten = Weten, Kennis = Kracht.

Maar soms zijn er zaken die niet met een paar knoppen te sturen zijn. Denk aan o.a. de economie, het consumentengedrag en het weer. Met de moderne smartphones van tegenwoordig heb je talrijke apps die jou een weersverwachting op maat geven. Maar hoe betrouwbaar is dat?

Om een goede weersverwachting te maken heb je een aantal ingrediënten nodig: de waarnemingen, een goed rekenmodel, krachtige computers voor de berekeningen, een goede nacalculatie voor de lokale situatie (dat noemen ze MOS = Model Output Statistics) en een interpretatie door een ervaren meteoroloog. En voldoende tijd om de nuances in plaats en tijd uit te leggen.

Modellen
Er bestaat geen ideaal model die altijd goed scoort (of je moet Doutzen Kroes heten). Onze atmosfeer is daarvoor te complex. Een model is per definitie een vereenvoudigde weergave van de werkelijkheid. Je mist dus details. Die werkelijkheid kun je op verschillende manieren weergeven, dus krijg je diverse weermodellen met verschillende randvoorwaarden.

Er wordt een aantal keuzes gemaakt in:
- Resolutie (hoe nauwkeurig ga je een gebied berekenen). Hoe beter de resolutie, hoe meer rekentijd nodig. Een foto van 2700x1800 pixels heeft meer geheugenruimte nodig dan eentje van 300x200.

- Bereik (neem je alleen de Noordzee, Europa of de hele wereld). Hoe groter je gebied, hoe lager de resolutie in je model moet zijn om de rekentijd binnen de perken te houden. Als je een klein gebied pakt, kun je nauwkeuriger berekenen, maar het beperkt je meteen in de tijd waarmee je vooruit kunt kijken. Weer van een paar dagen vooruit komt honderden tot soms duizenden kilometers bij ons vandaan. Er wordt wel eens gezegd: Canada is de kraamkamer van ons weer.

- Tijd (kijk je een paar uur vooruit, een paar dagen, een paar weken of een heel seizoen). Hoe verder je vooruit kijkt, hoe groter de kans is dat een weersverwachting niet blijkt te kloppen. Een kleine verandering die over het hoofd is gezien in het begin, kan tot een hele andere uitkomst leiden. Voor de eerste uren zal dat nog wel mee vallen, maar dagen verder geeft dat wel ander weer. Laat staan dat je weken of maanden vooruit wilt kijken. Dan gaan andere zaken een rol spelen zoals bijv. lange termijn verschijnselen in atmosfeer en de oceaan, ijssmelt in Groenland, langdurige droogte of hitte bij aanvang van de berekening. Dan kom je meer op het terrein van klimaat.

Apps
Met de weersverwachtingen in de apps loop je tegen de beperking aan dat ##more##het vaak één rekenmodel is met een grovere resolutie, die gratis of voor weinig te koop is voor de weerprovider die de app invult. En misschien wel het belangrijkst: er heeft geen meteoroloog naar gekeken. Nu klink ik als een bakker die zijn eigen gebak aanprijst of "Wij van WC-eend adviseren WC-eend". Maar ik kan het uitleggen.

Weermodellen geven een uitkomst voor bepaalde tijdstippen (bijv. 00 GMT en 12 uur GMT). Daartussenin moet je interpoleren voor de andere tijdstippen. Het kan regenen volgens het model om 00 en 12 uur, maar tussen 2 en 10 uur kan het droog zijn. Dat zie je dan niet. Sommige modellen geven ook tijdstippen voor om de 6 of om de 3 uur. Dan kom je al dichterbij, maar dan krijg je nog het probleem van locatie. Een weermodel kan niet voor elke vierkante meter een verwachting geven, dus komen er roosterpunten uit (bijvoorbeeld elke 32 kilometer). Daartussenin kan het weer dus anders zijn, zeker als het landschap veel variatie biedt op korte afstanden. Een meteoroloog geeft dan een waardevolle aanvulling en een interpretatie van de betrouwbaarheid.

Pluim
Nu kun je ook met één weermodel gaan variëren om die onzekerheid in kaart te krijgen. Daarvoor wordt de Ensemble gebruikt (EPS = Ensemble Prediction System), in volkstermen 'de pluimverwachting'. Die naam Pluim komt van de uitwaaierende lijntjes naar mate de tijd vordert. Het lijkt op een rookpluim. Sommigen associëren het met spaghettislierten en noemen het de spaghetti-verwachting.

Het KNMI gebruikt de ECMWF verwachting (een Europees weermodel bekostigd door de lidstaten). Daarbij wordt de operationele ECMWF verwachting (de eigenlijke weersverwachting met label T1279, roosterpuntsafstand ~16km) herhaald met 51 verwachtingen met een model met lagere resolutie (met label T639, roosterpuntsafstand ~32 km). Daarmee wordt rekentijd bespaard, maar kun je wel zien hoe anders een verwachting zou uitpakken als er een kleine variatie is in de begintoestand.

Ieder van die verwachtingen heeft een licht verstoorde begintoestand, om het effect van onzekerheden in die begintoestand te simuleren. Bijvoorbeeld een kleine afwijking in temperatuur, in luchtdruk, in straling. Iedere individuele modelberekening geeft zijn eigen verwachting voor temperatuur, luchtdruk, neerslag, 2m temperatuur, windsnelheid. Ook de operationele verwachting wordt met een lagere resolutie berekend (dat heet de controlerun). Dan kun je het verschil zien tussen dezelfde uitgangsituatie berekend met een grover en met een fijnmaziger model. Overigens als computers weer sneller worden, wordt de resolutie verbeterd. Vroeger hadden we 32 km roosterafstand, nu 16 km, over een paar jaar wordt die afstand weer kleiner. Dus de controle run is de vroegere operationele run.

De uitkomsten van de pluim geeft verwachtingen voor neerslag, 2m temperatuur en windsnelheid in 1 roosterpunt (de Bilt). Hieronder een voorbeeld voor 15 dagen vooruit. De meest actuele pluim vind je op: https://www.knmi.nl/nederland-nu/weer/waarschuwingen-en-verwachtingen/weer-en-klimaatpluim : in plaats van 'weer- en klimaatpluim' kun je 'expertpluim' selecteren.
Duidelijk is te zien hoe de onzekerheid in de verwachting groter wordt naarmate de voorspeltermijn toeneemt. Je kunt vervolgens een vertaalslag maken naar andere regio's in ons land, maar het is dus onzin om het letterlijk te vertalen naar één specifieke plaats.


De rode lijn: de operationele T1279 ECMWF verwachting (roosterpuntafstand 16 km) (de eigenlijke weersverwachting)
De zwarte stippellijn: de onverstoorde T639 verwachting (roosterpuntafstand 32 km) (ook wel controlerun genoemd)
De groene lijntjes: de 50 verstoorde T639 verwachtingen ('het ensemble' - roosterpuntafstand 32 km)
De bruine streepjeslijn: het ensemble gemiddelde (geeft een stabieler beeld dan wanneer je alleen de rode of zwarte lijn zou volgen)

Op de site van weerpluimen.nl kun je ook een datum in de tijd terug selecteren en dan kun je zien wat ervan uitgekomen is (gele lijn)


Hierboven de weerpluim 2 weken daarvoor uitgebracht. Zo zie je hoe de werkelijke waarde vooral verder vooruit flink af kan wijken van wat de meeste berekeningen zeggen.

Betrouwbaarheid
Dus geeft een app een betrouwbaar weerbeeld? Nee, meestal niet. Het is sterk afhankelijk van de stabiliteit van de hoge- en lagedrukgebieden. En dat heeft weer interactie met de bovenlucht. Veel factoren spelen een rol. Zeker wat verder vooruit is het vooral een schijnzekerheid. "De enige zekerheid die je hebt, is de onzekerheid"
Maar als de app niet blijkt te kloppen, dan kun jij wel raden wie er dus 'naast zat' met de weerverwachting? Juist ja, dan geven we de boodschapper van het echte weerbericht gewoon de schuld ;-) Ach, het went. Maar jij weet nu hoe de vork in de steel zit en wat voor complex verhaal erachter zit!

Dit laatste plaatje met dank aan collega Peter Timofeeff

]]>
Fri, 10 May 2013 14:03:49 +0200 columns.php?d=19
(Media)Koorts columns.php?d=18 "Koorts, ook wel bekend als febris of pyrexie, is een verhoging van de gangbare gemiddelde kerntemperatuur van het lichaam. Koorts is het gevolg van een verhoogde instelling van de interne thermostaat en is meestal het directe of indirecte gevolg van een bacteriële of virale infectie of vergiftiging." (bron: waar-is-koorts-goed-voor)

Zodra de winter nadert, stijgt de spanning. Wanneer gaat het sneeuwen? Op alle kerstkaarten wordt sfeer gecreëerd met sneeuw. Het schijnt erbij te moeten horen. Heerlijk voor de kids om te sleeën en met de sneeuw creatief te bouwen. Een nachtmerrie voor mensen die slecht te been zijn. Garantie voor files en ongelukken. Werk aan de winkel voor de schuif- en strooiploegen.
Wanneer gaat het dan vriezen? En duurt dat lang genoeg om te kunnen schaatsen? Ik weet niet waar de schaatskoorts als eerste oploopt… Bij de weerbureaus die het zien aankomen op de lange termijn verwachting of de media die er met alle liefde meteen een hype van maakt? ##more##

Januari 2013 leverde prachtige voorbeelden op van mediakoorts. De eerste 10 dagen waren zacht. Zachter dan normaal voor de tijd van het jaar. Zowaar verscheen op de weerkaarten op de lange termijn een situatie die kon leiden tot een weersomslag. Rond 10 januari stond het begin van de vorstperiode gepland. Volgens sommige weerbureaus kon er met een paar dagen al worden geschaatst! Maar je voelt al aan je water dat na zo’n lange warme periode het water natuurlijk nog veel te warm was. Met gunstige omstandigheden heb je minimaal een week nodig om ondergelopen weilanden veilig schaatsbaar te maken. Twitter ontplofte: schaatsweer! Let wel: nog voor de eerste vorst een feit was! De media sprong er happig op en er werd gespeculeerd over de eerste marathon op natuurijs. Beelden van malloten die letterlijk over één nacht ijs zich waagden op ondergelopen polders werden breed uitgemeten in de media. Hoe scheef kan de berichtgeving zijn? De schaatskoorts sloeg toe.

Toen trad Vadertje Vorst echt in. 13 januari hadden we de eerste ijsdag te pakken (in De Bilt komt de maximumtemperatuur dan niet boven het vriespunt uit). Maandag 14 januari kwamen de eerste sneeuwbuien in het westen van het land en tot en met dinsdag 15 januari sneeuwde het. In het noordoosten viel niets, in het midden tot circa 7 cm en rond Den Haag lokaal tot 20 cm in 24 uur tijd. Die beruchte dinsdag liep het verkeer volledig vast (1000 km file, met TomTom-meldingen erbij op de lokale wegen meer van 4500 km!). Records werden gebroken! Nederland was ondanks de waarschuwingen verrast. Het was vooral de sneeuwval tijdens spitsuren en dan vooral in de Randstad. Bingo! En wéér beheerste het weer alle nieuwsberichten.

De nacht van 16 januari was helder, weinig wind en een sneeuwdek: het kwam tot -18,0°C in Herwijnen!
Toen gingen alle remmen los. Wanneer halen we een koudegolf? Dan moeten er 5 ijsdagen zijn (in De Bilt), waarvan 3 met minimumtemperatuur onder de -10,0°C. Vanwege de regels van het WMO (World Meteorological Organisation) is de minimumtemperatuur de laagste gemeten temperatuur tussen 00.00 UTC en 23.59 UTC. Dus in de winter bij ons tussen 01 en 01 uur lokale tijd ‘s nachts. Als het om 00.59 uur -10.1°C is en om 01.01 uur nog steeds, hebben we meteen 2 dagen met minimumtemperaturen onder de -10°C te pakken. Ook al zit er maar een paar minuten tussen. Deze nacht werd het pas na 01 uur onder de -10 en werd de minimumtemperatuur net na zonsopkomst gemeten. Een aanstaande koudegolf leek een zekerheid en Twitter ontplofte wederom!

Na een paar dagen vorst was er (uiteraard!) nog nauwelijks schaatsijs. ##more## Door de sneeuwval en het warme water bleken alleen ondergespoten sintelbanen en ondergelopen weilanden dik genoeg bevroren om veilig op te kunnen schaatsen. Maar de lange termijnverwachting (de pluim, tot 15 dagen vooruit) beloofde nog vol in de vorst te blijven. Dus kregen de weerbureaus wederom koorts en meldden dat het zowaar mogelijk leek dat er een 11-stedentocht zou gaan komen! De gemalen in Friesland werden stilgezet. De koorts in den landen steeg ook… Zou het eindelijk weer na 16 jaar?

Mijn hemel! Nog maar 5 dagen vorst en tsjakka, we hebben het al over de Tocht der Tochten? Zo eentje waar je toch minstens 3 weken echte diepvriesvorst zonder sneeuw voor nodig hebt? Waar is het echte nieuws gebleven? En moeten we het niet pas melden als het echt binnen handbereik ligt? Bijna dagelijks moet ik horen dat we het weer van morgen niet eens kunnen voorspellen, maar in uitspraken in de media over de hele lange termijn hebben we ineens wel vol vertrouwen?!

Koorts. Zodra het koud wordt, krijgen ze allemaal koorts! Ik ben er nog niet achter wat ik irritanter vind: Schaatskoorts voordat het vriest? Of Mediakoorts, waarbij weerbureaus over elkaar heen struikelen om maar als eerste de meeste aandacht te genereren over een weerfenomeen. De media maakt daar dankbaar gebruik van. Hoe meer erover wordt gepraat, hoe meer het voor waarheid wordt aangenomen. De Sociale Media maakt dat alleen maar complexer. In hoeverre kun je ze het kwalijk nemen? Voorspellen is hun vak niet. Of verliest men bij koorts ook het gezonde verstand? ;-)

P.S. De koudegolf kwam er niet. De Elfstedentocht evenmin. Een tweede aangekondiging van landelijke koudegolf bleek ook op niets uit te draaien. Lokaal werd wel het criterium gehaald. Het was gewoon twee weken koud. Zoals het hoort in een winter ;-)  ]]>
Mon, 04 Feb 2013 12:26:07 +0100 columns.php?d=18
Voorspellen mollen winterweer? columns.php?d=17 "Ziet men in Januari veel mollen, dan laat de winter niet met zich sollen"

Met dank aan Clemens van Rijthoven - januari 2013

Een vraag die velen bezighoudt elk jaar: Ik zie zoveel molshopen? Komt er dan een strenge winter? Sommige volkswijsheden wijzen daar wel op. Maar dat valt nog te bezien.

Zeker is wel dat de natuur zelf geen enkele voorspellende waarde kent op welk seizoen dan ooit. De natuur reageert op het verleden en verder niets. De 'voorspellende waarde' die wij dan toekennen aan muizen, eikels, noten en mollen komt enkel en alleen doordat we niet goed waarnemen. Soms is dat logisch want bij mollen gebeurt veel ondergronds.##more##

Juist in deze tijd van het jaar kan de grondtemperatuur enorm verschillen. De ene keer zit de vorst diep in de grond en het andere moment is de temperatuur 8 graden boven nul, zoals nu het geval is. Alles wat maar wil kruipen in de grond zit dicht aan het oppervlak. Mollen die daar op jagen ook. En mollen eten heel wat af op een dag. Nu zien mensen soms veel molshopen en denken dan ook dat er veel mollen zijn. Maar dat is niet zo.

Een mol heeft een territorium zo groot als een flink weiland. Daarin heeft hij of zij een gangenstelsel waar die als een torpedo doorheen schiet. Wel zo hard als een galopperend paard! Soms moet hij even in zijn achteruit. Geen probleem want zijn huid kent geen vleug. Je aait hem net zo makkelijk vooruit als achteruit. Daardoor waren mollenvelletjes erg geliefd vroeger.

Als een mol vlak aan de oppervlakte zijn gangen graaft noem je dat een rit. Soms zie je die gangen als een ruggetje zand gewoon ontstaan. Er ontstaan dan veel kleinere hopen. Dat wil nog helemaal niks over de winter zeggen. Het kan twee dingen betekenen: het is ruim boven nul in de grond of de grondwaterstand is erg hoog! Ook dat is nu op sommige plaatsen zeker het geval.

Maar hoe zit het dan met een komende winter? Vlak voordat een vorstperiode zich aandient gaat de wind meestal naar het noordwesten over de noord naar het oosten. Tijdens die draaiing vindt aanvoer van koudere neerslag plaats. De bovenlucht koelt af. Neerslag als hagel en natte sneeuw komen eraan. Zolang het niet vriest zakt die koude neerslag de grond in. Alles wat eetbaar is voor de mol, gaat mee dieper de grond in. Wormen houden niet van kou. De mol zal meemoeten en gaat diepere gangen graven en legt instinctief voorraad kamers aan voor barre tijden. Daardoor graaft hij naast gangen ook holtes uit. Dat geeft enkele hele grote hopen aan het oppervlak.

Voordat de echte winter invalt zie je vaak van die grote hopen in je tuin of weiland. Zo zie je dat de mol gewoon zijn voedsel achterna gaat en reageert op de koude neerslag die er op dat moment is. Of het wel of niet gaat vriezen? Daar weet de mol niks van. Als het na een week weer warmer wordt zie je de mol weer een zo vrolijk kleine hoopjes maken.

Soms kan het gebeuren dat een winter snel invalt. Dat is voor de natuur funest. De wormen krijgen amper de kans om dieper de grond in te zakken en mollen raken onderkoeld en gaan dood. Zeker als dan ook nog eens het grondwater erg hoog staat.
Extreme wendingen als gevolg van de klimaatsveranderingen snijden veel harder in de natuur dan je op het eerste gezicht zou zeggen. Ook de natuur kent schommelingen en herstelt zich uiteindelijk wel. Met het ene jaar meer mollen dan het andere. En die mollen laten niet met zich sollen!  "Wroetende mollen geven regen". Spreek dat maar eens tegen!
 
]]>
Mon, 07 Jan 2013 22:08:44 +0100 columns.php?d=17
Functionele kleuren in de natuur columns.php?d=16 Met dank aan Clemens van Rijthoven - november 2012 
In de herfst is de natuur prachtig met al die kleurschakeringen. Heeft u er weleens bij stilgestaan dat we kleuren alleen maar kunnen zien omdat de zon schijnt? Nu denken wij dat we alle kleuren kunnen zien, maar dat is niet zo. Een deel van het zonlicht is voor ons onzichtbaar. Dat deel wat wij wel kunnen waarnemen, noemen we het zichtbare licht.


Wit licht bestaat uit alle kleuren samen. Op het moment dat dat witte licht gebroken wordt door een glas, een prisma of een regendruppel zien we de kleuren afzonderlijk. De kleuren van de regenboog zitten dus verborgen in wit zichtbaar zonlicht. ##more##

Kleuren spelen een belangrijke rol bij de voortplanting in de planten- en dierenwereld en dat gaat soms veel verder dan op het eerste zicht. Een prachtig voorbeeld in de plantenwereld is de kardinaalsmuts. Een mooie maar giftige struik. In dit geval heeft de naamgeving te maken met het uiterlijk van de plant. Grote delen van de bevolking konden vroeger niet lezen of schrijven en dan zijn uiterlijke kenmerken een goed geheugensteuntje. In andere landen rondom ons heen heet de plant totaal anders. In het Engels heet de plant: spindletree. Het hout van de stammetjes bleek prima geschikt te zijn om klosjes te maken voor het spinnewiel. Houten breinaalden waren ook vaak van kardinaalsmutsenhout. Op dit moment hangen de gele besjes aan de struik. Ja dat komt wel meer voor zult u zeggen. Maar de kardinaalsmuts, Euonymus voor de kenners, heeft daarbij iets bijzonders. Rond deze tijd splijt de paarsroze doosvrucht open en de gele bessen hangen eronder. Dat maakt de kardinaalsmuts zo speciaal. Want we hebben hier te maken met complementaire kleuren. Dat zijn kleuren die elkaars tegengestelde zijn. Het gele besje lijkt feller van kleur te zijn door de paarse omgeving. Heel bijzonder en daardoor hebben de besjes een grote aantrekkingskracht op vogels. Kijk ook maar eens naar rozenbottels. Ook daar zie je de combinatie rood-groen. Daardoor vallen de rozenbottels eerder op.



Maar hoe bepaal je nou dat groen het tegenovergestelde is van rood? En geel van paars en oranje van blauw? Dat is een hele simpele proef. Iedereen kent wel de rode lamp bij spierpijnen. Die je die aan dan wordt je omgeving helemaal rood gekleurd. Richt de lamp op je gezicht en sluit je ogen. (Kijk niet in de lamp!) na een aantal minuten doe je de lamp uit en kijk maar eens in je omgeving. Die is nu een tijd helemaal groen! Een hele rare gewaarwording, want je doet er niets tegen. Wat is er gebeurd? Je hersenen kregen teveel rood te verwerken. Dat is niet natuurlijk. Er moet weer evenwicht komen. De hersenen maken zelf een tegen-kleur! Net zolang tot de rust weer bereikt is. Als alles weer in evenwicht komt zie je alles weer normaal. Andersom werkt het ook.
Zo is men achter complementaire kleuren gekomen. Mooi terug te vinden in de bekende kleurencirkels. Deze kleuren hebben nòg een eigenschap: ze versterken elkaar. En nu zijn we weer bij de kardinaalsmuts: de gele bes lijkt feller van kleur door zijn paarse omgeving. Vincent van Gogh had dit maar al te goed door. Door de sterrenhemel in het schilderij “caféterras bij nacht” niet zwart maar paars te kleuren wordt de kleur van het warme gele terras veel sterker. En wie kent niet de uitdrukking: “Rood en groen is boerenfatsoen”?  Veel voorwerpen bij boeren werden rood en groen geschilderd. Het zag er fleurig uit en de gebruiksvoorwerpen waren in het groene erf door de felrode accenten makkelijk terug te vinden. En let maar eens op veel hoge kranen in de bouw. Veel daarvan zijn rood of oranje. Dat steekt fel af tegen de blauwe luchten.

De natuur zit vol verrassingen en verleidingstruukjes. Let maar eens op mooie portretfoto’s. Die hebben meestal een groenblauwe achtergrond. Niet voor niets natuurlijk. Want in de huidskleur zit een component rood die dan net iets sterker naar voren komt en dus ziet de persoon op de foto er net even wat beter uit. Je zou er bijna van blozen. Zoek dan maar gauw een groene achtergrond: Dan ben je nog mooier. ]]>
Mon, 19 Nov 2012 08:58:20 +0100 columns.php?d=16
Zomers gezoem... columns.php?d=15 Wat is het meest irritante (zomer)geluid? Juist ja: "Zzzzzzzzzzzzzzzz...."
Met dank aan Clemens van Rijthoven -  augustus 2012
 
Ken je dat? Je zit lekker buiten na te genieten van een heerlijke zomerdag in je zomerkleren. Ineens krijg je gezelschap van muggen. Of je zet 's avonds de ramen open om te koelen en te luchten. 's Nachts ontdek je dat er meer binnen is gekomen dan alleen frisse lucht. Menig vakantie is verziekt door steekbeesten. Afgelopen zomer vierden we vakantie in een prachtig oud huis in de Ardèche. Overdag alles dichtgehouden, geen water in de buurt, maar de volgende ochtend zaten we alle vijf onder de jeukende muggenbulten. We hebben de 'Pharmacia' platgelopen! Uiteindelijk brachten de gifspuitbussen uitkomst, maar gezond kan dat nooit zijn!  

Afgelopen nachten was het weer raak. Ondanks horren waren er meer gasten in de slaapkamer dan alleen mijn echtgenoot. Waarom stikt het nu zo van de muggen? De zomer loopt toch op zijn einde? Dat heeft te maken met het weer en met de dieren die muggen op het menu hebben staan. Wat helpt wel en niet tegen de muggen? Mythes en Feiten. ##more##

Aan het einde van de zomer en vooral na augustus neemt de daglengte merkbaar af. De herfst komt eraan. De natuur reageert daarop. Zoals zwaluwen. Als ze in Nederland worden gezien, roepen we dat de zomer eraan komt. Maar ze gaan ook weer een keer weg. Op dit moment zijn het de vrij zeldzame oeverzwaluwen die met kleine groepjes naar het zuiden trekken. Ze hebben geen haast en trekken al insectenetend naar het zuiden. Later volgen de boerenzwaluwen en de huiszwaluwen. Die trekken wel massaal weg. De gierzwaluw is geen echte zwaluw, maar ook die zien we in het najaar niet meer. En dat gaan we merken. Want zwaluwen vreten zo’n 10.000 insecten (waaronder muggen) per dag per zwaluw. En dat loont! Zeker de oeverzwaluwen die graag in de buurt van water nestelen werken hoofdzakelijk veel muggen weg.

De laatste tijd verloopt het najaar vrij warm en dus hebben muggen vrij spel. De zoveelste generatie kan nog makkelijk uit de larven het luchtruim kiezen. De zwaluwen zijn weg en dus blijven alleen nog wat libellen over die al vliegend nog wat muggen pakken en ook kikkers en padden vangen nog wat weg. Het aantal muggen neemt daardoor meteen toe. Het najaar is dus een muggenrijke periode. Zeker met de toename van waterrijke natuurgebieden!

Muggen zijn bijzondere insecten en lastig! Het aantal muggen rondom huis neemt meteen toe bij rustig weer. Muggen moeten niets van tocht hebben. Zoals gewoonlijk in de dierenwereld hebben mannetjes weinig nut. Ze leven kort en vervelen zich snel. Het zijn vooral de mannetjesmuggen die in grote hoeveelheden boven hoofden rondzwermen. Ook op beschutte plaatsen zie je dat. Mannetjesmuggen zijn ongevaarlijk en kunnen niet steken. Vrouwtjes muggen daarentegen hebben eiwit uit bloed nodig om eitjes te kunnen leggen. En zijn een stuk listiger.

Veel mensen denken dat muggen op licht afkomen, maar dat is niet helemaal waar. Anders zou een ruimte waar veel licht is in de avond helemaal vol muggen zitten. Dus licht aan met open raam is niet zo’n groot probleem. Maar veel mensen laten het raam de hele dag openstaan en juist overdag vliegen de stekers naar binnen. Meteen zoeken ze een beschut plekje op en wachten hun kans af. Zo gauw het slachtoffer in de kamer komt en gaat slapen komt via de ademhaling en ook via de huid koolzuurgas en waterdamp vrij. En dat werkt als een lokmiddel voor de steekmug. In de windstille kamer weet de mug feilloos haar slachtoffer te vinden. Het slachtoffer ligt stil, de lucht beweegt niet en al zoemend zoekt de mug de warmste plekjes op. Daar zit het bloed aan de oppervlakte en is het snel raak. Verhalen over zoet bloed kloppen niet. Wel is het zo dat als één van de twee slachtoffers net een iets hogere lichaamstemperatuur heeft, er meer verdamping plaatsvindt en sneller gevonden wordt.

Hoe voorkom je nu muggen in je kamer? Eigenlijk lukt dat maar heel moeilijk. Natuurlijk is er de citroengeranium. Deze zure lucht maskeert de lucht die het slachtoffer uitstraalt, maar het werkt niet altijd. Immers de lucht staat stil. Er is een bel lucht rondom de citroengeranium en een bel lucht met geurtjes van het slachtoffer dicht bij de huid. Al verkennend heeft de mug je weer zo gevonden.
Kijk uit met smeersels tegen muggen, want er zitten ook giftige tussen!

Wat wèl afdoende werkt is een ventilator in de kamer. Muggen voelen instinctief aan dat wind en trek in een ruimte de kans op een slachtoffer vinden erg verkleint en bovendien kunnen ze niet gericht meer zoeken. Muggen houden niet van tocht! Je kunt een uurtje voordat je gaat slapen een zwenkende ventilator eens stevig laten waaien door het vertrek. De vrouwtjes die al paraat zaten vertrekken alsnog naar buiten. (Veel muggen zitten achter kasten of in plooien van gordijnen overdag.) Daarna je raam sluiten of voorzie het van een hor.

Zo boots je in je slaapkamer een stukje weersgesteldheid na waar muggen niet van houden. Want ook in de natuur zie je maar heel weinig muggen als het wat doorwaait. Pas in de avond als de wind gaat liggen worden muggen lastig. Dus haal die ventilator van zolder en je bent van je muggenbulten af. Een heel probaat middel is natuurlijk het elektrische tennisracket. Even een klein bliksempje en een knettertje en de rust keert weer. Hebbes! Zorg wel dat je je partner niet raakt ander heb je na een klein bliksempje toch nog een hoop gedonder! wink Van een zoemende Zzzzzzzzzz naar een slapende Zzzzzzzzz! Heerlijk! Goede nachtrust toegewenst!

Meer over muggen weten? Klik hier.
]]>
Wed, 29 Aug 2012 14:31:46 +0200 columns.php?d=15
Saharazand happen columns.php?d=14  Met dank aan Tijmen de Boer
 
Donderdag 28 juni werd het opnieuw lekker warm. De verwachte onweersbuien bleven uit, maar de volgende ochtend waren auto's, kliko's, tuinmeubilair en ramen bedekt met een laagje gelige stof. Stuifmeel of Saharazand? Het bleek stof uit de Sahara te zijn, neergedwarreld en uitgeregend met het 's nachts gepasseerde koufront. 

Er zijn verschillende typen zandstormen. Ze komen voor in alle delen van de Sahara en ze hebben diverse namen. In Libië is het Ghibli, ook wel Sirocco genoemd. Hij komt uit het zuiden en waait door tot aan de Alpen. In Egypte waait vaak dagenlang de hete en kurkdroge Khamsin. Harmattan is de zandstorm die in perioden van acht maan­den aan de zuidrand van de Sahara waait. Hij kan een gebied van 6 miljoen vierkante kilometer beslaan. De term zandstorm is echter een vrij ruim begrip en vaak wordt het in dramatische reisverslagen fou­tief gebruikt. Stofstormen komen veel vaker voor.

Op dit punt is het noodzakelijk zand en stof te onderscheiden vol­gens de classificatie van woestijnwetenschappers. Een zandkorrel heeft een diameter tussen 0,2 en 2 mm, een stofpartikel tussen een paar honderdsten en 0,2 mm. Aangezien stof veel fijner is dan zand, krijgt de wind er gemakkelijk vat op; er ontstaan zelfs al bij matige wind­snelheden enorme stofstormen. Deze stofstormen vormen een van de indrukwekkendste en tegelijk meest schrikaanjagende verschijnselen van de Sahara. Zij duiken plotseling op aan de horizon als een gigan­tische, tot 3000 meter hoge en ondoordringbaar lijkende wals. ##more## Reizi­gers, die voor het eerst een stofstorm meemaakten vertelden dat de dreigend naderende geelbruine muur van stof doodsangst inboe­zemde.
Alleen al bij het zien ervan komt het gevoel op verpletterd te worden of te verstikken.

Meestal worden deze stofstormen in de winter door een overtrekkend  koufront opgewekt. Het stof is zo compact dat zelfs de felle woes­tijnzon er niet doorheen dringt. Als zo'n front oprukt is het van het grootste belang om van tevoren de neus en de mond te bedekken meteen natte doek. Gelukkig woeden deze stofstormen niet lang. Zo'n 'wals' heeft een diameter van 10 tot 20 kilometer en is vaak al na een halfuur .voorbij. De zon breekt door en beschijnt de achterkant van de stofmuur. De fijnere stofdeeltjes kunnen nog dagen-, maan­den-, zelfs jarenlang in de atmosfeer blijven zweven. Het stof bereikt hoogten van 10.000 m en de passaatwinden kunnen het op grotere hoogten om de aarde drijven, wat waarnemingen via satellieten doen vermoeden. Toen in 1883 de vulkaan Krakatau uitbarstte, bleven ook nog jarenlang stofdeeltjes in de hoogste lagen van de atmosfeer cir­culeren.
 

Een ander verschijnsel dat door stof wordt veroorzaakt is de zoge­naamde droge mist. (“brouillard sec”). Deze komt voor op zeer warme dagen, als er nauwelijks of geen wind is. De opstijgende hete lucht neemt talloze stofdeeltjes mee in de atmosfeer. Deze verspreiden zich maandenlang over een groot deel van de Sahara. Bij een zwak briesje bewegen ze zich, zoals nevelschermen in de bergen, door de woestijn. Ze vormen een groot gevaar voor karavanen en automobilisten, omdat het zicht vrijwel nihil wordt en elke poging tot oriëntatie zal falen. De her­kenningspunten en bronnen worden onzichtbaar.

In tegenstelling tot stofstormen ontstaan zandstormen alleen bij harde wind. Veel zandstormen worden echter voorafgegaan door grote stof­wolken, omdat de wind eerst de lichte stofdeeltjes doet opwaaien en transporteert. Bij toenemende windsnelheid komen ook de zandkorrels in beweging. Een zandstorm begint vrijwel altijd met afzonderlijke stroken zand die enkele centimeters boven de grond voortgedreven worden. Na korte tijd gaan de zandslierten zich verenigen tot uitein­delijk een gigantisch groot geel tapijt met hoge snelheid over de woes­tijnbodem scheert. Als de windsnelheid nu nog steeds toeneemt, wordt meer en meer zand in de storm opgenomen en zal de bovenkant van het zandtapijt geleidelijk hoger worden. Dat is een zandstorm.

Anekdote van een reiziger : "Ik heb verschillende zandstormen meegemaakt en één van de ergste was midden in de Sahara, in de buurt van de oase In Salah in Alge­rije. De storm begon op de manier zoals ik zojuist beschreef. Eerst een matig briesje en enorme stofmassa's, die geleidelijk overgingen in een dicht zanddek, dat zover het zicht reikte over de bodem gleed. De wind nam toe, woei sterk en straf en al snel leek de lucht alleen maar uit gele zandkorrels te bestaan, die keihard tegen het windscherm van de auto kletterden. Het zicht daalde soms tot nul. Ik zag nog net dat het spoor dat wij volgden na een paar honderd meter naar een hoger gelegen punt voerde. Ik reed er recht op af en kreeg het gevoel alsof ik met een onderzeeboot door het wateroppervlak heenbrak omdat de auto ineens boven de top van de zandstorm uitkwam.Het schouw­spel dat ik nu zag was uniek. Boven mij was de lucht stralend blauw en onder mij ruiste een oneindige zee van zand. De heuvel was een eiland in een kolkende gele oceaan geworden. Op verschillende plaatsen zag ik de kruinen van andere heuvels, andere 'eilanden'. Maar het opmerkelijkst van deze ervaring waren toch wel de kop­pen en bulten van een paar kamelen, die op de golven van zand leken te drijven als eenden in een rivier. De kameelkoppen en -bul­ten bewogen zich in dezelfde richting als het zand, alleen aanzienlijk langzamer." ]]>
Sun, 01 Jul 2012 20:43:19 +0200 columns.php?d=14
Feiten en Fabels over Donder en Bliksem columns.php?d=13 "Eichen sollt man weichen und Buchen sollt man suchen". 

Onweer is altijd gevaarlijk! Zeker in het open veld. Je weet nooit wanneer de bliksem ergens inslaat. Volgens de Amerikaanse weerdienst kan er 16 km verschil zitten tussen de regen en de inslag. Dus zodra je de donder hoort, is het al gevaarlijk buiten.

Om te bepalen hoe ver de bliksem verwijderd is, kan men het aantal seconden tellen tussen het zien van de bliksem en het horen van de donder. Elke 3 seconden staat voor ongeveer 1 km afstand.

De bliksem zelf is al een groot gevaar voor de omgeving vanwege de enorme snelheid waarmee de bliksem kan inslaan. Aan de helwitte kleur soms voor het oog tegen het blauwe aan geeft aan dat de bliksem een hele hoge temperatuur heeft die kan oplopen tot wel 30.000 graden, veel heter dan de oppervlakte van de zon.


In het midden het aantal keren onweer per jaar.

Vrijwel alle dingen geleiden stroom beter dan lucht dat doet. Daarom zal de bliksem bij voorkeur via bijvoorbeeld bomen en hoge gebouwen stromen. Ook ijzeren hekwerken of water zijn goede geleiders. De blikseminslag veroorzaakt echter ook een gevaar door het potentiaalverschil in de grond (dus zodra jouw voeten of de poten van vee iets uit elkaar staan, is er potentiaalverschil en kun je getroffen worden via de grond). ##more##

Als vuistregel geldt dat de bliksem door een hoog object wordt "aangetrokken" in een gebied met een straal van ca. 1/3 van de hoogte van het object. In een woestijn zal de bliksem juist het laagste punt opzoeken. Het zand is namelijk een zeer slechte geleider en de bliksem zal dus het punt opzoeken waar zo min mogelijk zand hoeft te worden doorkruist om bij het grondwater te komen. In een zandwoestijn kan men daardoor in de dalen zeldzame glazen fulgerieten vinden daar waar de stroom van een bliksem door het zand is gegaan

Door "de kooi van Faraday" is men relatief veilig in een metalen auto met gesloten dak. Ook een metalen afsluitbare boot kan als een kooi van Faraday werken wanneer men in de kajuit zit. De meeste pleziervaartuigen zijn overigens niet van metaal maar van kunststof, terwijl ze wel een metalen mast hebben, en daarmee zeer onveilig bij onweer. Een blikseminslag kan de kiel doen scheuren. Zwemmers dienen direct het water te verlaten. In een huis ben je ook redelijk veilig, mits je niet in de buurt van koperen leidingen of elektrische kabels bent. Ook schijnt douchen en badderen een afrader te zijn.

De kans dat je geraakt wordt door de bliksem is gemiddeld 1 op 2 miljoen. In gebieden met veel onweer (bijv. de tropen) is de kans groter. In Nederland worden gemiddeld 10 mensen per jaar getroffen voor blikseminslag, waarvan er gemiddeld 5 het niet overleven.

Wanneer men buitenshuis verrast wordt door onweer kan men het beste uit de buurt van hoge punten blijven en ook vooral zorgen dat men zelf niet het hoogste punt is. In het open veld kan men het beste gehurkt en ineengedoken gaan zitten met de voeten tegen elkaar aan. Niet gaan liggen! Aangezien bomen de bliksem aantrekken, is schuilen onder een boom zeer gevaarlijk. 

Stroom loopt altijd aan de buitenkant van een voorwerp, nooit door de kern. Dus langs de buitenkant van een kabel, langs de bast van de boom. De groeven in de stam houden makkelijk water vast. Dat houdt in dat bomen met een grove bast heel makkelijk bliksem aantrekken. Acacia’s zijn wat dat betreft berucht. Maar ook eiken zijn gevaarlijk. In het verleden werden wat verder weg van een boerderij dan ook eiken geplant die men fors liet uitgroeien en die dienden dan ook als een eerste vorm van bliksemafleiders. In Duitsland zegt men: Eichen sollt man weichen und Buchen sollt man suchen. (Eiken moet je ontwijken en beuken moet je zoeken.) Een beuk heeft een gladde bast en de stam wordt door het dichte bladerdek bijna nooit nat. De kans dat een bliksem dan inslaat zou kleiner zijn. Ook beuken trekken, in tegenstelling tot wat sommige volkswijsheden en weerrijmpjes beweren, de bliksem wel degelijk aan! Neem het risico nooit!
 
Slaat een bliksem eenmaal in dan kookt een boom binnen één seconde en wordt de sapstroom ineens stoom. En dat zet met een enorme knal uit. Soms worden zijtakken en stukken hout tot wel 400 meter weggeslingerd en dat veroorzaakt als het verkeerd gaat een hoop ellende. Zeker als je beseft dat een flinke zijtak al gauw zo’n 500 kilo weegt.

Dus blijf bij onweer gewoon binnen en sluit ramen en deuren. Want bliksem blijkt ook dol op tocht te zijn en komt dan bij wat oudere huizen via de schoorsteen binnen. Fabel?
  
Een anekdote over tocht en bliksem: Dat gebeurde bij een broer van de opa van Clemens van Rijthoven in Dorst.
Zonder erg had hij de klep van de schouw niet dicht gedaan en stond in de deuropening wijdbeens te kijken naar een wegtrekkende onweersbui. Plotseling sloeg de bolbliksem die op de tocht af kwam en met de luchtstroom meeging de schoorsteen in en suisde tussen de benen van de man in de deuropening naar buiten zo tegen een boom waarbij de bol uiteenspatte met een enorme knal. De binnenkant van zijn broekspijpen waren geschroeid en de hele kamer zag zwart. Maar verder.. niets aan de hand. Moet er toch niet aan denken...

Bronnen: o.a. Wiki Bliksem en mensen, Wiki Bliksem, Clemens van Rijthoven

]]>
Sun, 17 Jun 2012 19:53:28 +0200 columns.php?d=13
Wist U dat ... ?! columns.php?d=12 Zonnetijd, Kerktorentijd!
 
Wintertijd, zomertijd... Wat is nu tijd? In Afrika zeggen ze:" Jullie hebben de klok, wij de tijd."
Waar komt onze klokkentijd vandaan?

Elk dorp of elke stad kon vroeger zijn werkelijke tijd aflezen aan de stand van de zon. Als deze exact in het zuiden stond dan was het in dat dorp of die stad precies 12.00 uur. Ook op andere tijdstippen en bij bewolkt weer wilde men weten hoe laat het was. De torenklok bracht uitkomst! Grote afstanden werden niet afgelegd dus men had er niet zo’n last van. De tijd in Amsterdam liep daardoor ongeveer een minuut achter op die in Utrecht. Vanaf 1845 kregen gemeenten in Nederland de aanbeveling hun klokken gelijk te zetten aan die van de paleisklok in Amsterdam.
 
Gaandeweg kwamen er meer snellere verbindingen zoals de stoomtrein. In 1880 stelden de Nederlandse Spoorwegen hun dienstregelingen op in Amsterdamse Middelbare Tijd. Die liep 19 minuten en 32 seconden voor op de Greenwich Mean Time (GMT). In 1937 werd hier 20 minuten van gemaakt.
Op 15 mei 1940 maakte het Duitse bezetters bekend dat in Nederland de Duitse tijd zou gaan gelden. Die loopt 40 minuten vooruit op Greenwich Mean Time. Omdat de Duitsers de zomertijd al hadden ingevoerd, werd de klok 1 uur en 40 minuten vooruit gezet.
 
Na 1945 is onze tijd afgestemd op 15 graden oosterlengte, ongeveer bij de grens van Polen en Duitsland. Als nu daar de zon op zijn hoogst staat, zeggen we dat in een groot deel van Europa het 12.00 uur is.
 
Maar hoe verschilt de werkelijke tijd nu op basis van de zon? Een dag duurt ongeveer 24 uur of 1440 minuten, dus één graad verschil is 1440 minuten / 360 graden = 4 minuten. In 4 minuten tijd schuift de zon één lengtegraad op naar het westen.
Het meest oostelijke puntje van NL ligt op 7.216 oosterlengte (Noordoost-Groningen) en het meest westelijke puntje op 3.362 oosterlengte (Zuidwest-Zeeland). Dus is het in Noordoost-Groningen 16 minuten eerder 12 uur dan in Zuidwest-Zeeland! (4 graden x 4 minuten = 16 minuten).
 
Meer over daglengtes vind je hier
En wil je weten hoe laat bij jou de zon opkomt en weer ondergaat? Dit is een leuke site!

 

Wind doet roofvogels wiekelen, Regen kunnen ze niet tegen. 

Langdurige regen is funest voor roofvogels. Zelfs midden in de zomer kunnen torenvalken bijvoorbeeld, het loodje leggen doordat ze niet op jacht kunnen. Ze zijn volledig afhankelijk van hun verenpak en in tegenstelling tot eenden bijvoorbeeld hebben ze geen vet op de veren. In de regen worden ze net als wij doornat. Dan houden ze zich schuil in struiken en hun nest of broedplaats. Vleeseters hebben een hele snelle spijsvertering en hebben dus veel muizen etc. nodig om te kunnen overleven. Zeker in de tijd van het grootbrengen van jongen gaat het niet goed als we dagenlange regen hebben.

Bovendien sporen roofvogels muizen op door sporen van urine in de buurt van muizennesten. Die urine kaatst ultraviolet licht terug en geeft precies aan waar er muizen kunnen zitten. Daar helpt de regen ook niet bij. Dat muizen hoofdzakelijk nachtdieren zijn, is niet geheel waar. Ook overdag zijn ze actief en vooral in de schemering zijn muizenvangers actief. Daarnaast eten roofvogels ook kuikens.

Na perioden van regen zitten torenvalken vaak op een paaltje omdat ze de energie niet meer hebben om te wiekelen. Bidden noemen we dat ook wel. Maar dat is eigenlijk een foute vertaling vanuit het Engels naar het Nederlands.
Wiekelen kost in feite weinig energie en het meeste werk doet de wind. De valk stuur enkel bij. Zo kun je precies zien waar de wind vandaan komt. Buizerds wiekelen ook! Maar dat zie je maar zelden. Ze zijn te zwaar om bij zwakke wind in de lucht te hangen. Pas vanaf windkracht 4 is de wind sterk genoeg om de buizerd in de lucht te houden. Dat doet hij graag in de buurt van houtwallen en bosjes. Een tijd gaat hij wiekelen en jagen en eenmaal beet vliegt de buizerd achter de bossen en haalt daar zijn prooi uit elkaar.

Roofvogels worden ook wel eens stootvogels genoemd. Dat zou vriendelijker klinken. Welke soorten roofvogels in Nederland leven, vind je hier. En als je wilt weten hoe ze eruit zien, klik je hier.
Valken storten zich vanuit de lucht storten neer op een slachtoffer. Buizerds, haviken en sperwers jagen vanuit een hinderlaag vlak boven de grond. Hun slagpennen zijn veel soepeler zodat ze tot ver in struikgewas hun prooi kunnen pakken. Na een aanval zien ze er niet uit, schudden hun veren weer even recht en alles zit weer superglad. Altijd weer mooi om te zien.

Met dank aan Clemens van Rijthoven

Voor de roofvogels is het te hopen dat de Atlantische depressiecarrousel waar we nu inzitten snel tot een einde komt. En dat de Europese Moesson niet weer de hele zomer voort duurt! Voor de 14 daagse regenverwachting ('pluim') klik je hier.


Meer weergerelateerd natuurnieuws lezen? Bijvoorbeeld: 
- "Als de bijen naar huis vluchten, is zwaar onweer aan de luchten"
- Vogels voorspellen het weer
- Bloemen hebben thermostaat
- Kikker gebruikt zonne-energie

Nieuwsgierig? Kijk verder: ##more## Hieronder staat het uitgelegd!

"Als de bijen naar huis vluchten, is zwaar onweer aan de luchten"  

Wist je dat bijen vlak voor een onweersbui erg agressief kunnen zijn? Handig om te weten op een mooie zomerdag. Door de bijen te observeren, heb je je weervoorspeller bij de hand!

Waarom reageren bijen op naderend onweer? Bijen halen adem via tracheeën. Dat zijn kanalen die zorgen voor de aan en afvoer van gassen. Die zijn afhankelijk van luchtdruk. Vlak voor een onweersbui daalt de luchtdruk (dat lkun je ook zien bij een donderglas). Dat is voor bijen een verandering. Op elke verandering reageren ze meteen. Ze worden dan min of meer gestresst. Lopen er mensen in de buurt dan steken ze sneller.
Ook voor geuren zijn ze erg gevoelig. Ze reageren op vreemde luchtjes zoals shampoo, eau de cologne of parfum. Ook de geur van alcohol kan de agressie van bijen opwekken, net als een overdadige transpiratielucht.

Bijen hebben overigens een belangrijke functie in de natuur. Honingbijen leveren was en honing. Daarnaast vliegt de bij van bloem naar bloem bij het verzamelen van nectar en stuifmeel. Een deel van het stuifmeel blijft hierbij aan het behaarde lichaam en de pootjes kleven en zorgt voor de bestuiving van een volgende bloem. Doordat bijen 'bloemvast' zijn, ze vliegen op de bloemen van één plantensoort zolang daar voedsel te halen is, zijn ze uitermate geschikt voor de bestuiving van appel, peer, pruim en kers, maar ook voor bramen, aardbeien en bessen. Vooral in kassen moeten bijen ingezet worden voor de bestuiving van paprika en tomaten en bij de zaadteelt. De toegevoegde waarde van land- en tuinbouwgewassen als gevolg van de bestuiving door honingbijen wordt geschat op ongeveer 18 miljoen euro per jaar. De honingopbrengst vertegenwoordigt een waarde van 4,5 miljoen euro.

Hoe zie je het verschil tussen honingbijen, hommels en wespen?
* Hommels zijn de meestal donker gekleurde, dikke, behaarde zoemers die in de zomer van bloem tot bloem vliegen.
* Wespen zijn overwegend geel met een zwarte tekening op het slanke, onbehaarde achterlijf en zijn herkenbaar aan de duidelijk zichtbare ‘wespentaille’. Ze komen vooral in de nazomer in grote aantallen voor en zijn tijdens hun zoektocht naar alles wat zoet is veel hinderlijker dan hommels en honingbijen.
* Bijen zijn kleiner dan hommels, ook donker gekleurd, soms met lichtere strepen, licht behaard en vrij schuw. Zolang zij voedsel in de bloemen kunnen vinden, komen zij niet op zoetigheid af, maar beperken zich tot bloemen.

Met dank aan Clemens van Rijthoven

Extra informatie:
Als je meer wilt weten wat het verschil is tussen een bij, wesp of hommel, klik dan hier.
Wat te doen als je dan toch gestoken bent? Klik hier voor meer informatie!
Wil je meer weten over onweer: kijk van bij deze site van het KNMI. Het plaatje hieronder is het gemiddeld aantal dagen met onweer per jaar (in de periode 1971-2000). Bron: KNMI
Alvast fijne zomer toegewenst!

 

Vogels voorspellen het weer!

In het voorjaar fluiten vogels volop. Hoe hoger de toon, hoe meer trillingen. Door deze eigenschap is precies aan te wijzen waar het geluid vandaan komt. En dat is nu exact wat de vogels willen. De mannetjes bakenen daarmee hun territorium af. Vogels zitten graag op hoge punten om zo hun gebied te verdedigen. Vooral de zanglijster doet dit zeer uitbundig.

Vogels luisteren ook naar elkaar en kunnen heel goed imiteren. Dus hebben vogels een ‘dialect’. Aan hun zang is goed te horen welke andere vogels er in de buurt leven. Zo heeft een merel die in een bos rondvliegt een andere zang dan een stadsmerel. Met name spreeuwen zijn meesters in imiteren. Maar ook koolmezen zetten de argeloze wandelaar op het verkeerde pad. Ze kunnen feilloos de fitis imiteren en ook de tjiftjaf. En zo worden waarnemers gewoon voor de gek gehouden.

Het weer speelt ook een rol bij het fluiten van vogels. Met name merels en lijsters, maar ook vinken zingen bij de komst van regen veel scheller en harder. Waarschijnlijk speelt de luchtvochtigheid een rol. Ook de koekoek en de specht reageren op naderende regen. “Op de koekoekroep overdag, volgt vaak een regenslag.” En: “Als de specht lacht, hij regen verwacht.” Het zijn met name de groene spechten die dit doen.

Er is wel een uitzondering in de vogelwereld en dat is de roerdomp. Een reigersoort die zich graag schuilhoudt in het riet. Deze reigersoort brengt een heel laag “hoemp” geluid voort. Samen met zijn perfecte schutkleur is de vogel bijna niet te ontdekken. Want lage geluiden kennen geen duidelijke richting en dus is de veroorzaker nauwelijks te traceren.
Een vogeltje met een wel hele mooie trukendoos is de boomklever. Die hangt graag ondersteboven met zijn kop opgericht aan een boomstam. Zijn zang kaatst voor een deel tegen de ronde boomstam en gaat zo alle kanten uit. Je hoort hem wel en zelfs al sta je er dichtbij, dan nog heb je nauwelijks in de gaten waar hij zit. Dolby surround is in de vogelwereld al jaren bekend.

Met dank aan Clemens van Rijthoven
Klik hier voor de audio van diverse vogels!
Meer weergerelateerd natuurnieuws lezen? Klik op: ##more##

 

Lente = Bloesem 🌷

Over een paar warme dagen is het weer zover: de sleedoorn gaat bloeien. In het voorjaar tellen temperaturen boven nul mee om bomen struiken, maar ook bolgewassen in bloei te krijgen. Krijgen we nu een paar hele zachte dagen, dan gaat dat proces heel snel. Een mooie en onmisbare struik is de sleedoorn. De zwarte stengeltjes worden in het voorjaar al snel warm door het licht van de zon. En nog vóór het blad eraan komt komen de eerste witte bloempjes al uit. Heel nuttig voor de honingbijen natuurlijk en ook voor de wilde solitaire bijen. Deze soort staat in Nederland onder druk en is bedreigd. De sleedoorn met zijn scherpe stekels is een ideaal nestplaatsje voor wat kleinere vogeltjes. In het dichte blad zijn ze nauwelijks te vinden. Later, in het najaar, verschijnen er een soort mini-pruimpjes aan. De bessen zijn eetbaar maar zijn gruwelijk zuur met een droge nasmaak. Niet voor niets is de volksnaam van deze struik “bekkentrekker”. Deze vruchten moeten ingekookt worden met geleisuiker en dan krijg je een heerlijke jam. Dus het hele jaar door is deze struik een nuttige metgezel in de tuin. Beginnend met een feestelijk boeket van witte bloemetjes.


 










Vogels uit Afrika kunnen elk moment binnenwaaien.

De vogels zingen overal uit volle borst. Binnenkort wordt Nederland weer overspoeld door Afrikagangers. Kleine zangvogeltjes zoals de fitis en de tjif-tjaf die zijn eigen naam noemt. Ook zwaluwen komen, zij het wat langzamer terug. Veel mensen vragen zich af hoe het toch mogelijk is dat deze heel kleine vogeltjes toch zover kunnen vliegen. Het antwoord is eigenlijk logisch. Deze vogeltjes vliegen met de wind mee. Als de straalstroom uit een zuidelijke of zuidwestelijke richting waait brengt die luchtstroom ook de vogeltjes met zich mee. Ze vliegen niet zo heel hoog. Een bijkomend voordeel is ook dat de warme lucht de vogeltjes begeleidt naar noordelijke streken. Dit fenomeen noemt men stuwtrek. Dat is ook exact de reden waarom vogelliefhebbers zo verbaasd zijn door het overspoelen van de vele zangvogeltjes in een keer. Ze kwamen gewoon met de wind mee. Slim bekeken. 

Met dank aan Clemens van Rijthoven
 

Bloemen hebben een thermostaat!

De lente is de tijd van de eerste bloemen! Veel van die bloemen blijken een thermostaat te hebben. Hoe warmer de grond wordt door het zonlicht hoe verder de bloemen gaan openstaan. Dat direct zonlicht op de bloem geen rol speelt kunnen we zien als we tulpen in een warme kamer zetten. Ook deze gaan dan wijd open staan. Wat is dan de functie van de thermostaat? Het voorkomt dat de geurende nectar te veel verdampt. Om zolang mogelijk te profiteren van de geur om insecten aan te trekken gaan bij afkoeling de bloemblaadjes dicht en verdampt de nectar niet meer. Is het warm dan zou door de komvorm van de bloem de temperatuur in de bloem te hoog kunnen worden. Daarom neemt de druk van de cellen aan de binnenkant van de bloemblaadjes toe en klappen de bloemen ver open. Hoe warmer het aardoppervlak hoe verder de bloemen openklappen. Zo blijft in het voorjaar, waarbij de temperatuur juist rond deze tijd flink kan variëren op een dag, de temperatuur in de bloem constant. Insecten vliegen nauwelijks beneden de 12 graden. Maar in het voorjaar kan het aan het aardoppervlak al aardig opwarmen. Kijk je goed,  dan zie je ook de meeste insecten vlak boven de grond vliegen zoals bij deze winterakonieten op het eiland van Nederhemert. Op de foto zijn de akonieten al wel in bloei maar het was te koud. Dan vliegt er geen insect rond en gaat er geen nectar verloren.

Met dank aan Clemens van Rijthoven
 

Kikker gebruikt zonne-energie

In het voorjaar leggen bruine kikkers hun eieren in ondiep water. Zo gauw de eitjes in het water bevrucht zijn zwelt het omhulsel op en vormt zo een lensje om het zwarte eitje. Kikkers hebben ondiepe poelen nodig die in de zon liggen.Vooral aan de kanten warmt het water door zonlicht snel op. In dat warme water liggen de glazige omhulseltjes wat wij kikkerdril noemen. Rondom elk eitje zit dus een vergrootglas (dril) wat het zonlicht nog extra bundelt en dus extra warmte oplevert voor het eitje. Het brandpunt ligt vóór het eitje zodat de het eitje precies de goede temperatuur heeft. Van groot belang is de constante temperatuur het uitkomen van de eitjes. Het kikkerdril is dan ook in staat om de warmte die overdag opgeslagen is in de nacht vast te houden. In de vroege morgen kan kikkerdril nog makkelijk boven de 20 graden uitkomen. De dikkopjes komen pas uit als het echte vorstgevaar verdwenen is. In het begin blijven zij ook als een kluwen bij elkaar zitten en profiteren zo ook van de zonlicht op hun zwarte huid. Zo blijven ze warm.
Het is toch heel bijzonder dat slechts één miljardste deel van al het zonlicht op de aarde valt en dat het ene zonnestraaltje dan ook nog eens zorgt voor een optimale temperatuur voor het uitkomen van de kikkereitjes!


Met dank aan Clemens van Rijthoven

Kikkerdril ]]>
Thu, 01 Mar 2012 11:48:59 +0100 columns.php?d=12
Goede Voornemens! columns.php?d=11 Januari 2012

Een nieuw vers jaar vraagt om nieuwe verse voornemens. Standaard zijn de voornemens om af te vallen, athans bij mij. De strijd met mijn lijf, mijn gewicht en mijn energie speelt elke dag, maar zeker na zo’n decembermaand moet er wat harder aan getrokken worden. Ach, bij wie niet?!

Maar een nieuw, ander voornemen is DE SITE.Jawel, het is aan verfrissing toe. En al maanden ben ik op de achtergrond bezig de nieuwe helgavanleur.nl te stylen, in te vullen, te vervolmaken. Het kost altijd meer tijd dan je denkt. Maar het is de moeite waard! Vol verwachting klopt mijn hart….

Ik beloof dat dit voornemen uit gaat komen! Begin 2012 gaan we de nieuwe site online zetten. Alle aanvullingen en tips zijn welkom. Want hoe hard je er ook van te voren aan werkt en hoopt dat je geen zaken overslaat, het kan altijd nog beter! Denk mee wat u op de site zou willen zien!

Ik wens u een geZONd en inspirerend 2012!

]]>
Sun, 19 Feb 2012 23:13:34 +0100 columns.php?d=11
Kriebels columns.php?d=10 September 2011
Het is herfst. Je ziet het aan de verkleurende en vallende blaadjes. Maar het voelt als lente. Al een paar dagen zitten we midden in de Oudewijvenzomer. Ik heb de afschermhoes maar weer van de lounge set gehaald. Lekker buiten lezen en keutelen. Even de accu opladen voor het volgende avontuur.##more##

Dit weer is een mooi opwarmertje voor wat mij in oktober te wachten staat. Dan ga ik de zomer opzoeken! Nou ja, het is er eigenlijk lente. Maar met temperaturen van boven de 30°C is het toch echt zomers weer. Dat wordt weer even om schakelen. Ik heb al weken de kriebels: De World Solar Challenge komt eraan! Met Solar Team Twente mag ik deelnemen aan deze inspirerende race op zonne-energie. We starten op 13 oktober in Darwin en hopen de ruim 3000 km in een dag of 5 af te leggen (circa 30 uur effectieve race-tijd – zie uitslagen van vorige races: World Solar Challenge).

De concurrentie is groot, de drive om te winnen enorm. Zou het gaan uitmaken dat ik als meteoroloog het Ferrari-rode team uit Twente versterk?

Alsof de race op zich al niet pittig genoeg is, gaan we als extra uitdaging op RTL er ook een Tv-programma van maken! Voor, tijdens en na de race (16-23 okt) hebben we dagelijks uitzendingen op RTLZ rond 17.45 uur. We hebben een enthousiast team met Reinoud Broekhuijsen (programmamaker, journalist, camera, editor), Merijn Doggen (camjo = camera-journalist) en Gideon Erlings (cameraman, editor). Net als bij een gewoon weerbericht presenteren ben je een veelvoud van de uitzendtijd kwijt aan voorbereiden. 4 minuten weer = 8-urige werkdag. Kun je nagaan wat dat betekent voor 12 minuten Solar Race.

Ik ben heel benieuwd hoe de People, Planet, Profit en Passie samenkomen met Innovatie en Duurzame Energiebronnen! Het kriebelt: Let’s Beat the Heat!!! (maar eerst even in het Hollandse Herfstzonnetje wat energie opdoen!) ]]>
Fri, 07 Oct 2011 10:35:38 +0200 columns.php?d=10
Energieke Zon columns.php?d=9 Augustus 2011
De zon is de motor van onze aarde. In alle opzichten. Daar begin ik lezingen bijna altijd mee. De zon geeft licht en warmte. Daardoor ontstaan stromingen in water en lucht: het weer is geboren. Het vormt onze landschappen en bepaalt waar we welke gewassen kunnen telen.##more##

De zon geeft genoeg energie om de hele wereldbewolking in hun energiebehoefte te voorzien. Om precies te zijn: 10000 keer meer dan nodig. In 20 minuten tijd geeft de zon de aarde genoeg energie om de wereldbevolking gedurende 1 jaar te voorzien van energie. Zolang de wereldbewolking niet explosief blijft doorstijgen en wij als mens onze energiebehoefte per persoon niet explosief laten toenemen, dan is die zon als bron onuitputtelijk.

De zon doet ook wat met onze geestelijke gesteldheid. Wij hebben zonlicht nodig voor de aanmaak van vitamine D3. Hoewel het strikt genomen geen vitamine is, maar eerder een prohormoon (lang leven Wikipedia!), is het van belang voor onze gezondheid. Een sombere zomer (met relatief weinig zonne-uren) maakt mensen somberder. De één is er overigens gevoeliger voor dan de ander. Zelf ben ik zeer ontvankelijk voor daglicht: hoe meer hoe beter. Ondanks deze afgelopen sombere en vooral regenachtige zomer heb ik er geen somber gevoel aan overgehouden.

Dat kan liggen aan het feit dat ik een sabbatical had genomen. Even een time-out. Cocoonen met het gezin, zaken doen waar je anders niet aan toekomt, huis opruimen, administratie verwerken, computers opschonen, boeken lezen, sociale contacten aanhalen... De tijd vliegt als je je vermaakt. Dat is maar weer gebleken: ineens is het alweer eind augustus. Ik las in een column dat je naarmate je ouder wordt je steeds meer voorneemt te gaan doen in de vakantie. Die lijkt dan eindeloos lang. Maar als het dan zover is, dan blijkt de tijd nóg sneller voorbij te zijn gevlogen en zijn veel klussen blijven liggen. Hoe herkenbaar ;-)

Maar door de rust kijk ik toch positiever tegen de zomer aan dan menig mede-Nederlander. Nu ben ik sowieso wel positief ingesteld: je verandert toch niets aan de situatie, dus maak er gewoon wat van.

Zo ben ik deze zomer druk geweest met een nieuw project. Ook gebaseerd op de zon! Ik mag met het Solar Team Twente mee op reis naar Australië. Daar gaan ze (eh... we!) van 16 tot 23 oktober met de 21Connect (hun zonneauto) op puur zonne-energie de strijd aan met 42 andere teams uit 21 landen. Wie zal er als eerste de ruim 3000 km hebben afgelegd dwars door het hart van Australië (van Darwin naar Adelaide)? Het weer is daarbij erg belangrijk, aangezien wat wolken de energietoevoer aardig kan belemmeren. Dit jaar zijn de regels aangescherpt, waardoor de strijd spannender wordt dan ooit. Collega-team Delft heeft al meermalen gewonnen. Nu is het wel tijd voor het andere Nederlandse team;-) Meer overigens op de website van het Solar Team Op de valreep van het afscheid van de meteorologische zomer 2011 kwam nog het zonnige nieuws dat RTL er een programma over gaat maken! Wat drijft het team, wat kunnen we er mee, Helga kamperend in de outback Down Under (heet overdag, vriespunt 's nachts!)... Passie, techniek, innovatie en psychologie komen samen. Wat een kadootje dat ik dat een keer van dichtbij mag meemaken!

Helga Beats the Heat! Lang leve de energieke zon! ]]>
Fri, 07 Oct 2011 10:30:24 +0200 columns.php?d=9
Vogelvlucht columns.php?d=8 Juli 2011
Soms is ouder worden best leuk. Sommige dingen gaan je makkelijker af vanwege ervaring. Maar vermoedelijk werkt stabilisatie van de hormoonspiegel ook mee . Ik merk vooral dat ik reizen steeds leuker ga vinden. Vroeger (nou ja, nu ook nog wel) was de aanloop naar de reis een crime. Lijstjes maken, aan alles denken en hopen dat je niks vergeet. De stress voor de vakantie alleen al… Daar heb dan je alweer vakantie nodig om van bij te komen. Nu de kinderen wat ouder zijn, merk ik hoe leuk het is als je met hen dingen kunt beleven. Ervaringen en belevenissen onthoudt je de rest van je leven, niet de dagelijkse dingen. Dus elk jaar doe ik weer een poging ze een onvergetelijke vakantie samen te stellen: beetje voor de kids en beetje voor ons zelf. Niet elk jaar naar dezelfde plek, maar nieuwe input, nieuwe ervaringen, nieuwe herinneringen.##more##

Dit jaar ging het verdacht soepel. Ik werd bijna nerveus omdat de stress uitbleef. Op de computer heb ik ooit een standaard vakantiepaklijst gemaakt (tip!). Alles wat je mee moet nemen, wat je moet regelen, waar je aan kunt/moet denken staat erop. Die lijst hoef ik alleen maar aan te vullen, te printen en door te strepen. De enige zorg was nog dat vooraf alles kasten vol lagen met gewassen spullen.

De kinderen kregen de opdracht kun eigen koffer te pakken. Daar zijn ze oud genoeg voor (10, 8 en 5). Uiteraard nog wel controle uitgevoerd. Mijn 5-jarige dochter had verdacht veel zwemspullen mee had (we hadden een huisje met zwembad gehuurd!) en iets te weinig overige kledingstukken . Maar ach, zo leren ze het (uiteindelijk) wel!

Op weg naar ons vakantieadres worden de kilometers verslonden met DVD’s kijken (wat een werelduitvinding!), muziek luisteren en spelletjes doen. De kinderen spelen graag TV-spelletjes na. Quizvragen stellen, inclusief de kleurdegradaties van de Paingame bij een foutief antwoord. Ik wist niet eens dat mijn kinderen dat programma keken, maar soms keurt Papa andere dingen goed dan Mama zou doen. Tja…

Met dank aan een actie van WNF en een grootgrutter gaan de vragen vooral over “Welk dier is de grootste, snelste, oudste, etc.”.

Op de vraag wat voor dier ik zou willen zijn, hoefde ik niet lang na te denken. Met mijn fascinatie voor de atmosfeer ligt het misschien wel voor de hand: een vogel. Het lijkt me heerlijk afstand te kunnen nemen van de grond en op hoogte verwonderd te kunnen kijken naar wolken, wegen, landschappen… Nooit in de file, zeer gevarieerde bestemmingen, altijd in de zon boven de wolken. (”Elk voordeel heb zijn nadeel”: je moet wel oppassen voor roofvogels, anders overkomt mij hetzelfde als mijn soortgenoten op de foto’s – ineens op een ochtend waren de vlekken daar. Overigens geen bewijsmateriaal onder het raam gevonden.). De vakantie is weer perfect verlopen. Geen pech, geen ziektes en vooral veel nieuwe leuke ervaringen. Ik merk dat ik reizen steeds leuker ga vinden. Je ziet andere dingen dan je gewend bent, je geniet van alle verwonderingen en kunt je hoofd even “resetten”. Het helpt relativeren. Zou dat de reden zijn waarom mensen naarmate ze ouder worden steeds meer gaan reizen?!? Nooit gedacht dat ik dit hardop zou zeggen: Jippie, ik wordt ouder!!!! ]]>
Fri, 07 Oct 2011 10:28:38 +0200 columns.php?d=8
Taalkunst columns.php?d=7 Juni 2011
Het weer is dit jaar weer HOT. We hebben de zonnigste en droogste lente sinds het begin van de metingen te pakken. En de op één na warmste (maanden maart, april, mei). In juni kwamen de buien en is op meerdere plekken de dubbele hoeveelheid gevallen dan er normaal in de maand valt. Juist in juni zijn er veel evenementen, schoolreisjes en avondvierdaagsen. Dus wordt het weerbericht met argusogen gevolgd. En oh wee als het (iets) anders loopt.##more##

Het is mij weer opgevallen hoeveel weerexperts er rondlopen (net als bij het WK 16 miljoen bondscoaches). En hoe slecht er geluisterd wordt naar weerberichten. En ik blijf mij verwonderen dat men denkt dat het weer zo exact in te schatten zou zijn. Het gaat wel over een complexe atmosfeer met talrijke interacties. Bij 25 graden krijg je geen bui, bij 26 wel en bij 27 kan de atmosfeer exploderen. En die bui kan niet overal vallen. Dus ook al klopt de weersverwachting op grote schaal vrijwel altijd, op lokaal niveau kun je dat anders ervaren. Wel jammer dat dan wordt geroepen dat het weer niet klopt...

En dan zie ik krantenkoppen: "ondanks slechte weersvoorspellingen kwamen er gelukkig voldoende mensen op een evenement af". Of: de slechte weersvoorspelling pakte anders uit." Nu ben ik taalkundig geen wonder, maar de haren gaan hiervan overeind staan.

Les 1: een voorspelling doe je met een glazen bol. Een uitslag van een voetbalwedstrijd voorspel je. De atmosfeer is een exacte wetenschap en met modelleren maak je een verwachting.

Les 2: Als de uitkomst van die verwachting slecht is (oftewel: slecht weer wordt verwacht), dan is dat géén slechte weersverwachting. Maar een slecht weersvooruitzicht. Een slechte verwachting is als het weer niet uitkomt zoals in het weerbericht aangekondigd is. En je begrijpt: dan heb ik gefaald ;-)

Maar hoe maak ik dat een gemiddelde journalist wijs? Ik kan de gewone medemens niet kwalijk nemen dat ze het niet begrijpen zolang zij via de media continu verkeerd taalgebruik horen. In geval van mijn vakgebied valt het me op dat er weinig goede stukken worden geschreven. Verhalen in (ook gerenommeerde) kranten zijn niet zelden tenenkrommend. Ik moet er niet aan denken wat dat betekent voor verhalen die buiten mijn vakgebied liggen... En die ik dus niet kan controleren.

Zeker nu met kinderen wordt je op de moeilijkheden van onze taal en grammatica gewezen. Logica is er zelden en kinderen beleven taal anders. Maar soms geeft dat grappige momenten. Terwijl ik dit schrijf heb ik net een woelige nacht achter de rug met knetterende onweerbuien die tropische hitte hebben verdreven. Voor die onweersbuien uit kun je soms in de lucht mammatuswolken zien. Gisteren speurde ik met mijn kids het zwerk af naar die mammatus. In kindertaal: "borstenwolken". Waarop mijn oudste giechelde: nu weet ik waarom al die mannen het weer vandaag zo interessant vinden!!! ]]>
Fri, 07 Oct 2011 10:26:51 +0200 columns.php?d=7
Inspirerende douche! columns.php?d=6 Mei 2011
Voor een weervrouw is het fijn als er veel te vertellen valt over het weer. Vooral records doen het goed. We hebben de meest zonnige lente sinds het begin van de metingen te pakken (over 5 stations berekenen ze een landelijk gemiddelde voor zonneschijn sinds 1901). Ook de op één na warmste lente in De Bilt (temperatuur schijnt in De Bilt representatief te zijn voor het gemiddelde van het land, al sinds 1706). Het was op veel plekken ook de droogste lente ooit (gemiddelde wordt sinds 1901 berekend over 35 stations omdat regen grilliger verspreid is). Vooral dat laatste heeft grote gevolgen, gezien de problemen met de natuur. Opdrogende veendijken, zoutinfiltratie in westelijk NL, dalende grondwaterstanden, verpieterend groente en fruit, blauwalg… ##more##

Gek genoeg vinden mensen de hogere temperaturen logisch bij het veranderende klimaat. Terwijl dat los staat van elkaar. We zullen bij een veranderend klimaat vooral meer te maken krijgen met extremen. Extreem droog (mrt, apr, mei 2011) versus extreem nat (aug, sept 2011?), extreem warm (lente 2011) versus koud (winter 2010/2011). Het extreme tornadoseizoen in Amerika geeft ook de grote tegenstellingen van luchtsoorten aan, maar dan op één dag in de hoogte.

Als er wat bijzonders te melden valt, vliegt de weerdag zo voorbij! Je wordt helemaal opgeslokt in het werk. Bij thuiskomst zeggen mijn kinderen dan heel onbevangen: mama, waarom zet je de regenknop gewoon niet aan? Zelfs op die leeftijd denken ze al dat het weer blijkbaar te beheersen is!

Voor het buitenklimaat kun je op microschaal nog wel iets beïnvloeden. Denk aan windbeschutting, schaduw, donker/licht oppervlak, keuze ondergrond -gras/zand/stenen . Maar ik ben geschokt dat we binnenshuis het wel kunnen, maar niet doen op plekken waar het van belang is. En dan heb ik het niet over airconditioning in een woonhuis op een zomerse lentedag …

Denk aan scholen, waar in een klaslokaal CO2 waarden gemeten worden van 3000ppm. Terwijl het wettelijke maximum gesteld is op 1200ppm (daarboven krijg je last van hoofdpijn, vermoeidheid, concentratiestoornissen). In Zweden staat het maximum zelfs op 800. OK, de plantjes in de klas zullen smullen van die hoge waardes, maar voor onze kinderen is het niet goed.

En wat dacht je van zorginstellingen en ziekenhuizen? De patiënt die bedlegerig is wil er comfortabel bij liggen en zal daarbij hogere temperaturen nodig hebben dan de zorgverlener die zich uit de naad werkt. Ik vind het wel heel leuk om te merken dat mensen gepassioneerd zijn hier oplossingen voor te bedenken. Vooral tijdens duurzaamheidsbijeenkomsten loop ik die tegen het lijf. Die passie is uiteindelijk onze sleutel naar een betere, leefbaardere, gezonde en dus duurzame toekomst.

Mijn passie voor de toekomst reikt verder dan de dagelijkse weersverwachtingen. Die passie wordt opgeroepen door zonnige mensen met inspirerende ideeën. De beste ideeën schijnen overigens te ontstaan tijdens regen (vanwege een verhoogd gehalte aan negatieve ionen in de lucht). Gezien het gebrek aan het eerste in deze recordtijden, doe ik het maar tijdens een lokale inpandige regenbui (douche!). Niet te lang uiteraard vanwege het (onnodig) waterverbruik, maar het schijnt echt te werken! ]]>
Fri, 07 Oct 2011 10:25:38 +0200 columns.php?d=6
De (on)zin van gemiddelden columns.php?d=5 April 2011
Ons klimaat verandert. Wereldwijd is de gemiddelde jaartemperatuur gestegen sinds het begin van de industriële revolutie. Wereldwijd hebben we in 150 jaar tijd al een stijging van 0,8°C te pakken (op een wereldwijde jaartemperatuur van 15 graden). In NL is de stijging met 1,5°C twee keer zoveel (op een gemiddelde jaartemperatuur van 9,8°C).##more##

Het lastige van gemiddelden is dat het niets hoeft te zeggen over het weer van dit moment. Of van dit seizoen. Als wij een koude winter hebben (2009/2010 en 2010/2011), roept men meteen: “zie je wel, die klimaatverandering is pure propaganda! De zon is minder actief en dus hebben we koudere winters”. Prachtig bedacht. Maar als je dan hoort dat we wereldwijd een recordwarm jaar (2010) achter de rug hebben, dan houdt het argument van zwakke zonneactiviteit geen stand.

Een niet nader te noemen politica (krulletjes, linkse groene politieke partij) vermelde ooit op de radio dat we dat we dat elke dag ervaren dat het klimaat verandert. Ik sta niet snel met mijn mond vol tanden, maar ik dacht even dat ik het niet goed had gehoord. Elke dag? Klimaat? Dat kan helemaal niet! Elke dag ervaren we het WEER. Als we alle weerdagen over 30 jaar middelen, dan hebben we het over het klimaat. Dan klimaat gaat het dus over gemiddelden.

Zij bedoelde waarschijnlijk dat je meer hoort over weerextremen. Bijna elke dag is er ergens in de wereld wel wat aan de hand met het weer. Droogte, overstromingen, recentelijk monstertornado’s in de VS en ons ongekende zomerweer in april. De moderne verslaggeving zorgt ervoor dat we van bijna alles op de hoogte zijn.

Het probleem is dat je met gemiddelden een valse zekerheid creëert. Denk aan hypotheekrentes, spaarrentes, CBS-prognoses, koopkracht, grondstof- en energieprijzen... Maar ook kansberekeningen over overstromingen, de kans dat je arbeidsongeschikt raakt, de kans dat je ziek wordt of ergens van kunt genezen, de kans op kernrampen...

Bij alles heb je het over een ‘gemiddelde’ waarde waarbij de pieken en dalen zoveel mogelijk ondervangen zijn.
- Bij een hypotheekrente van 6% voor 10 jaar vast, calculeert de bank hoe de verwachte variaties zullen zijn. Daar komt een gemiddeld percentage uit met wat extra’s als risico-opslag. Het is een soort verzekering.
- Als 95% van de mensen hun salaris op tijd krijgt, klinkt dat goed geregeld. Maar 5% krijgt het dus niet op tijd en komt mogelijk in de problemen.
- Als 80% van de treinen op tijd rijden, doet 20% dat dus niet en kun je er niet van op aan.
- Als de post in 98% van de gevallen bezorgd wordt, krijgt 2 op de 100 zijn post dus niet.
- Als een rivier gemiddeld 20cm diep is, steek je die dan over? Ik zou het niet zomaar doen. Er kunnen plekken tussen zitten met 4 meter diepte. En een forse stroming met 10cm diepte is genoeg om te verdrinken.
- als de kans dat een gebied overstroomt (door regenval of riviervloed) eens in de 1000 jaar is, kan dat ook 2 keer achter elkaar gebeuren. Dan ben je 2 jaar achter elkaar 100% de klos!

Toch rekent iedereen met gemiddelden. Ook in de politiek. Dat doen we om overzicht te krijgen in de onzekerheden. Maar we moeten te alle tijde blijven beseffen dat het geen garantie is. Dat het geen zekerheden geeft (van 100%). Dat er altijd mensen buiten de boot vallen. Zolang je dát beseft en er op anticipeert, dan is dat de beste zekerheid die je zelf in de hand hebt!

Let maar eens op! In elk nieuwsbericht of krantenartikel gaat het over gemiddelden alsof het dagelijkse waarheden zijn. Heel leuk om met deze wetenschap daar eens jouw licht op te laten schijnen. ]]>
Fri, 07 Oct 2011 10:24:14 +0200 columns.php?d=5